De Nationale ombudsman liegt en bedriegt!

Inderdaad… de Nationale ombudsman is corrupt tot op het bot. Dat moet ook wel, want het gehele overheidsapparaat is corrupt, inclusief de rechterlijke macht!

Dit artikel is geschreven voor de mensen behorend tot het volk, die waarheid hoog in het vaandel hebben staan en bereid zijn moeite daarvoor te doen. Helaas zijn waarheid, integriteit, eerlijkheid, openheid en gerechtigdheid zeer zeldzaam in de huidige op leugens gebaseerde maatschappij. Het volk laat zich liever voorliegen en bedriegen door gladjakkers in mooie kleding met nog mooiere praatjes, zodat de mensen behorend tot het volk in de illusie verkeren niet in actie hoeven te komen om een einde te maken aan de misstanden in de maatschappij en de vernietiging van de aarde. Men laat de misstanden liever voor zich oplossen door een ander in de vorm van een autoriteit of andere organisatie, zoals men van jongs af aan middels conditionering en propaganda aangeleerd is. Hiertoe geeft men nog altijd grif aan goede doelen, om vervolgens vanuit een luie stoel de misstanden te aanschouwen, voor zover deze niet worden gecensureerd door brave en goed opgeleide loonslaven. Het eigenbelang staat bovenaan, zolang het duurt.

De leerlingen, die de autoritaire machthebbers goed gehoorzaamden, die goed te conditioneren waren en die bereid waren de propaganda voor zoete koek vele jaren tot zich te nemen, werden beloond met een universitaire titel en maakten daardoor goede kans een riante positie in het tot op het bot verrotte en corrupte systeem toegewezen te krijgen. Een leerling die slecht te conditioneren was en om die reden op school als dom werd beschouwd had veel minder kansen. Het “domme” volk eindigde veelal in een achterstandswijk, terwijl de schijnbare intelligente gladjakkers zich konden verheugen op een witte boorden functie in het systeem met bijpassende beloning: een dik salaris en een eigen huis in een goede buurt.

Op deze website zijn reeds diverse gladjakkers met een witte boorden functie de revue gepasseerd. Zo bleek uit eerder geplaatste artikelen het Tuchtcollege voor de gezondheidszorg een wassen neus te zijn (Het tweede(!) arbeidsconflict, Het arbeidsconflict, de bedrijfsarts en het tuchtcollege, Landelijke arbodienst Zorg van de Zaak fraudeert met bedrijfsartsen) en heeft de rechterlijke macht meerdere malen te laten zien dat in dit land leugenaars tot rechter worden benoemd (Ontslag op staande voet-overzicht, Nederland is een dictatuur-overzicht). In dit artikel komt de “dienstverlening” van het UWV weer eens aan bod, met dit keer de hoofdrol weggelegd voor de Nationale ombudsman. De “dienstverlening” van het UWV is reeds in meerdere artikelen aan bod geweest (De “dienstverlening” van het UWV).

Maar dit artikel gaat over de Nationale ombudsman…
Jawel, de Nationale ombudsman liegt, bedriegt, zwijgt, misleidt en frustreert om het eveneens misdadige UWV de hand boven het hoofd te houden. Dit is een zeer ernstige kwestie, omdat het gaat over misdaden tegen het Nederlandse volk… het passieve Nederlandse volk. Deze misdaden worden in grote hoeveelheden jegens het volk door de overheid en aan de overheid gelieerde instanties begaan. Inderdaad… het UWV is uiteindelijk niet in het leven geroepen om de loonslaven van dienst te zijn, maar om deze onder druk te zetten, waarbij stelselmatig wet- en regelgeving wordt gepasseerd en/of genegeerd.
De betrokken criminelen bij de “Nationale ombudsman” zijn:

Reinier van Zutphen in de functie van Nationale ombudsman;
Joyce Sylvester in de functie van Substituut-ombudsman
Jop Schampers in de functie van onderzoeker

Over Reinier van Zutphen is op wikipedia op 16 juni 2020 onderstaand citaat te vinden:

Van Zutphen studeerde Nederlands recht aan de Erasmus Universiteit en bekleedde diverse (internationale) functies in de rechterlijke macht. Hij was onder meer vicepresident en sectorvoorzitter van de Rechtbank Utrecht en senior raadsheer en voorzitter van het gerechtsbestuur van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, in die laatste functie van september 2012 tot 1 april 2015. Van 2007 tot 2013 was Van Zutphen voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (NvvR). Van 1 april 2013 tot en met 31 maart 2015 was hij staatsraad in buitengewone dienst bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Reinier van Zutphen had diverse hoge functies bekleed bij de rechterlijke macht, voordat hij per 1 april 2015 de Nationale ombudsman werd. Blijkbaar worden er nogal wat klachten over het (slechte) functioneren van de overheid bij de Nationale ombudsman ingediend, zodat Reinier van Zutphen de belangrijke brieven niet alleen kan ondertekenen. Om die reden heeft hij diverse mensen in dienst in de functie van Substituut-ombudsman, die volwaardig als ombudsman mogen optreden.

De Substituut-ombudsman Joyce Sylvester speelt in dit artikel een voorname rol. Joyce Sylvester is een dame van Surinaamse afkomst met een indrukwekkend CV. Zo bekleedt zij volgens de website van de Nationale ombudsman een functie bij de “Landelijke Selectiecommissie Rechters”. Dit is wederom de bevestiging dat de gehele rechterlijke macht corrupt en/of gecompromitteerd is, want Joyce Silvester is gewoon een ordinaire crimineel…, zoals uit dit artikel zal blijken. En criminelen als Joyce Sylvester kunnen natuurlijk gewoon worden geridderd in de Orde van Oranje-Nassau (wikipedia).

Jop Schampers werkt bij de Nationale ombudsman in de functie van onderzoeker. Wanneer klachten binnenkomen dienen deze natuurlijk te worden onderzocht. Zo kan een klacht niet klachtwaardig zijn, omdat deze geen hout snijdt of dat de gebeurtenis waarover de klacht gaat is verjaard… en dat is snel in Nederland! Wellicht meer over het verjaren van klachten in een toekomstig artikel. Wanneer de uitkomst van het onderzoek daartoe aanleiding geeft, wordt deze voorgelegd aan de Nationale ombudsman of Substituut ombudsman, zodat deze passend kan optreden. Een onderzoek kan er ook toe leiden, dat een klacht opzettelijk onterecht wordt afgewezen, zoals uit dit artikel zal blijken.

Op 9 juni 2020 is bij de Nationale ombudsman een klacht ingediend aangaande de “handelswijze’ waarop de Nationale ombudsman klachten heeft behandeld aangaande misdragingen van het UWV, zoals deze hieronder in dit artikel uiteen zijn gezet. De Nationale ombudsman dient in zijn jaarverslag kennis te geven van het aantal klachten dat jegens de Nationale ombudsman is ingediend en hoe deze zijn opgevolgd. Dit artikel kan dus nog een interessant vervolg krijgen, afgezien of wel of geen sprake zou zijn van smaad en/of laster en/of wel of geen sprake zou zijn van misdaden begaan door de Nationale ombudsman. Maar ja… welke (gecorrumpeerde) rechter zou de Nationale ombudsman terecht wijzen?

KORTE VERSIE VAN DE KWESTIE
In deze langslepende kwestie zijn vier partijen betrokken:
De eerste partij is SMB van Londen, een schoonmaakbedrijf te Arnhem. SMB van Londen lapt waar mogelijk wet- en regelgeving aan zijn laars en komt hier blijkbaar steevast mee weg, omdat het toezicht door de overheid op de naleving van wet- en regelgeving door werkgevers veel te wensen over laat. De frauduleuze werkwijze van SMB van Londen en de overheid werd al eerder aangehaald in het artikel SMB van Londen: zeer slechte werkgever!
De tweede partij is het UWV. Het UWV dient toezicht te houden dat SMB van Londen als eigenrisicodrager de ziektewet correct uitvoert, waarbij het UWV onvoorwaardelijk eindverantwoordelijk blijft voor een correcte uitvoering van de ziektewet. Dat het UWV deze verantwoording niet op zich wil nemen, blijkt uit het eerder geplaatste artikel UWV beantwoordt klachtbrief met leugens!
De derde partij is de Nationale ombudsman. Indien een “klant” niet tevreden is over de “dienstverlening” van het UWV, dan kan deze een klacht neerleggen bij de Nationale ombudsman. In deze kwestie houdt de Nationale ombudsman het zich misdragende UWV een hand boven het hoofd.
De vierde partij is een voormalig werknemer van SMB van Londen. Deze werknemer was gedurende het tijdelijk dienstverband ziek geworden en ziek uit dienst gegaan. Deze vierde partij is het slachtoffer van de zich misdadig gedragende bovengenoemde drie partijen en wordt in dit artikel anoniem gehouden. Deze voormalige werknemer is te ziek om voor zichzelf op te komen en zijn belangen worden behartigd door René Mäkel, schrijver van dit artikel. Deze vierde partij wordt in dit artikel aangeduid met “Kees”.

Zieke mensen behorend tot de beroepsbevolking kunnen dus recht hebben op een uitkering in het kader van de Ziektewet. Kees had in deze kwestie recht op een uitkering volgens de Ziektewet. Nu blijkt dat vergeleken met vroeger door de jaren heen wetgeving is veranderd, waardoor mensen behorend tot de beroepsbevolking eenvoudiger hun inkomen kunnen kwijtraken vergeleken met vroeger. Inderdaad… dat is wat de ware machthebbers willen en dat is één van de redenen dat men meer daklozen op straat ziet dan vroeger en werknemers eerder zijn opgebrand (burnout of overspanning). Zieke mensen hebben als prioriteit om weer gezond te worden of zijn zelfs met overleven bezig en zijn veelal niet in staat weerstand te bieden tegen zich misdragende werkgevers, corrupte bedrijfsartsen, oneerlijke UWV verzekeringsartsen en een misdadig UWV in het algemeen. Zieke mensen zijn makkelijke slachtoffers, terwijl deze mensen gezien hun situatie hulp zouden moeten krijgen en in veel gevallen een uitkering volgens de ziektewet.

In 2003 werd de Wet eigenrisicodragen Ziektewet van kracht. Door diverse wetswijzigingen is de oorspronkelijke wet niet meer geldig en is het eigenrisicodragen momenteel wettelijk vastgelegd in de Regeling werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen Ziektewet en in de Ziektewet, artikel 63a, 63b en 63c.
Sommige werkgevers kiezen ervoor om eigenrisicodrager te worden, omdat zij een laag ziekteverzuimpercentage hebben. Bij een laag ziekteverzuimpercentage zitten relatief weinig werknemers in de Ziektewet, zodat dit voor werkgevers relatief lagere kosten met zich meebrengt dan werkgevers die een hoog ziekteverzuim hebben. Als werkgever is het dus zaak een arbodienst met bedrijfsarts te vinden, die zieke werknemers zoveel mogelijk aan het werk zet. Een zieke werknemer kan door de bedrijfsarts geschikt worden geacht voor “het eigen werk”. Maar het kan nog erger, zoals Kees ondervond bij SMB van Londen.

Nadat Kees zich telefonisch ziek had gemeld, werd de ziekmelding niet bevestigd door SMB van Londen (zodat niets te bewijzen was). Na verloop van tijd werd langzaam duidelijk dat SMB van Londen geen bedrijfsarts wilde inschakelen en het probleem van een zieke werknemer had “opgelost” door het (derde) tijdelijke dienstverband NIET om te zetten in een vast dienstverband. Het UWV wilde Kees niet helpen, omdat volgens het UWV SMB van Londen eigenrisicodrager was en derhalve zelf verantwoordelijk zou zijn voor een correcte uitvoering van de Ziektewet. De Nationale ombudsman weigerde het UWV op de vingers te tikken en speelde daarbij een heel smerig spel, waarbij door de Nationale ombudsman werd gelogen, bedrogen, gezwegen, misleid en gefrustreerd om het eveneens misdadige UWV te beschermen.

De witte boorden criminelen en corrupte werknemers in dienst van de corrupte en misdadige overheid of aan de overheid gelieerde instanties, krijgen voor hun “werk” betaald. Daarnaast zijn deze werknemers emotioneel niet betrokken bij de werkzaamheden en zijn zij niet ziek. Daarentegen zijn slachtoffers van een “falende” overheid wel emotioneel betrokken en veelal overspannen gemaakt door het bewust frustreren van de rechtsgang door de corrupte overheid. Slachtoffers die ziek zijn kunnen zich helemaal niet verdedigen, laat staan dat zij voor zichzelf op kunnen komen. Bij een strijd tegen de overheid moet het slachtoffer in zijn vrije tijd en met eigen financiële middelen het opnemen tegen een stel professionals, die een systeem dienen dat niet het volk dient maar God.
Vroeger stond op de rand van de gulden gedrukt: “God zij met ons”. “Ons” slaat niet op het volk, maar op de aristocratie, adel of elite… geef ze maar een naam. (lees verder onder het filmpje van Pink Floyd – Us and them)

DE UITGEBREIDE VERSIE
Voor de echte waarheidszoekers en belanghebbenden (wel of niet in dienst van de overheid), volgt hieronder een uitgebreidere versie van het gehele verhaal:

Kees heeft als schoonmaakster gewerkt bij SMB van Londen te Arnhem (SMB staat voor schoonmaakbedrijf). Hij werkte daar achtereenvolgens aaneengesloten voor de derde keer onder een tijdelijk contract en werd gedurende dit contract helaas ziek. Kees had zich telefonisch ziekgemeld op 9 april 2019. SMB van Londen deed helemaal niets met zijn ziekmelding, maar beëindigde wel het dienstverband. Onderstaand citaat is uit een brief van SMB van Londen aan Kees, gedateerd 24 april 2019:

“… zien wij ons genoodzaakt de 3e verlenging met ingang van 30 april 2019 niet om te zetten in een dienstverband voor onbepaalde tijd. Hierbij hebben wij ook de verstoorde verstandhouding met de projectleider in mee laten wegen.”

Niet alleen werd duidelijk dat SMB van Londen zich niet hield aan de wettelijke aanzegtermijn van één maand, maar na diverse brieven en emails werd na verloop van tijd duidelijk, dat SMB van Londen weigerde de ziekmelding van Kees in behandeling te nemen.
Op een gegeven moment werd duidelijk waarom de ziekmelding van Kees niet in behandeling werd genomen: SMB van Londen was eigenrisicodrager en diende derhalve zelf de aan Kees te betalen uitkeringen volgens de ziektewet te betalen. Hiervoor had SMB van Londen zich verzekerd bij De Amersfoortse Verzekeringen. Om de te betalen verzekeringspremies zo laag mogelijk te houden was het zaak om het ziekteverzuimpercentage zo laag mogelijk te houden. Dit werd eenvoudig bereikt door ziekmeldingen (ook bij collega’s van Kees!) niet in behandeling te nemen. SMB van Londen had Kees nooit ingelicht dat zij eigenrisicodrager waren en wat dit voor Kees betekende, terwijl dit volgens de wet wel had gemoeten.

Volgens het UWV was op 19 juni 2019 de ziekmelding door het UWV ontvangen. Het duurde echter tot eind juli 2019, voordat Kees van de arbodienst Keerpunt een oproep ontving om bij de bedrijfsarts op spreekuur te komen. De brief met deze oproep was gedateerd op 29 juli 2019; 16 weken na de ziekmelding op 9 april 2019! Volgens de bedrijfsarts was Kees te ziek om te werken.

Kees ontving op 28 augustus 2019 voor het eerst een uitkering volgens de ziektewet van SMB van Londen… ruim 20 weken na de ziekmelding. Daarmee waren de zaken helaas niet netjes geregeld, want SMB van Londen blijft tot op heden doorgaan met frauderen en treiteren, waardoor Kees tot op de dag van vandaag financieel wordt benadeeld. Zo heeft Kees nooit een berekening/specificatie ontvangen betreffende het bepalen van de hoogte van de uitkering volgens de ziektewet, wordt te weinig en te laat uitbetaald en was SMB van Londen begonnen met het betalen van de ziektewetuitkering per 22 april i.p.v. 9 april. Overigens zit Kees volgens het UWV sinds 9 april in de ziektewet.

VERANTWOORDELIJKHEDEN VOLGENS DE WEBSITE VAN HET UWV
Het is van belang te begrijpen wat volgens de wet de taak van het UWV is, wanneer een werkgever besluit eigenrisicodrager te worden. Hieronder staan twee citaten, die in 2019 én mei 2020 op de website van het UWV te vinden waren aangaande de rol, taken en verantwoordelijkheid van het UWV in het geval van eigenrisicodragers:

Mijn (ex-)werkgever is eigenrisicodrager en ik ben ziek
Is uw (ex-)werkgever eigenrisicodrager voor de Ziektewet en wordt u ziek? Dan beoordeelt de bedrijfsarts van uw (ex-)werkgever of u een Ziektewet-uitkering krijgt. Als u die krijgt, betaalt uw (ex-)werkgever uw uitkering. Maar UWV blijft eindverantwoordelijk. UWV controleert of uw (ex-)werkgever handelt volgens de regels van de Ziektewet. Belangrijke beslissingen over uw uitkering, krijgt u van UWV.
https://www.uwv.nl/particulieren/ziek/ziek-en-werkgever-is-eigenrisicodrager/index.aspx

Verzuimprotocol, -begeleiding en re-integratie
Tijdens uw eigenrisicodragerschap voor de Ziektewet bent u verantwoordelijk voor de verzuimbegeleiding en re-integratie van uw (ex-)werknemers.
U moet een verzuimprotocol opstellen, zodat uw werknemer weet wat hij moet doen als hij ziek is. Bespreek dit protocol met uw werknemer. Uw werknemer weet dan ook wat hij kan verwachten van u. Wij controleren of uw verzuimprotocol voldoet aan de Controlevoorschriften Ziektewet 2010. En we controleren of u uw verzuimprotocol uitvoert volgens de regels die u in uw verzuimprotocol heeft opgenomen. {…}

Toezicht en controle
UWV blijft eindverantwoordelijk voor de uitvoering van de Ziektewet. Daarom controleren wij regelmatig of u de Ziektewet juist uitvoert. Heeft u de uitvoering van de Ziektewet uitbesteed aan een andere organisatie? Dan controleren wij bij die organisatie. U ontvangt het resultaat van onze controle.
https://www.uwv.nl/werkgevers/eigenrisicodrager/eigenrisicodrager-ziektewet/tijdens-eigen-risico-dragen-ziektewet/detail/uwv-controleert-eigenrisicodragers

De conclusie van bovenstaande citaten is:
Het UWV draagt onvoorwaardelijk de (eind)verantwoordelijkheid, dat de eigenrisicodrager de ziektewet juist uitvoert en voert daartoe regelmatig controles uit.

VERANTWOORDELIJKHEDEN VAN HET UWV VOLGENS DE WET
De relevante wetten voor deze kwestie zijn:

  • Ziektewet, artikel 63a, lid 5;
  • Regeling werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen zw, artikel 2, artikel 3 en artikel 6.

Citaat uit:
Ziektewet, artikel 63a, lid 5:

Indien de eigenrisicodrager werkzaamheden als bedoeld in het eerste lid naar het oordeel van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen niet, niet voldoende of niet juist verricht, verricht het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen die werkzaamheden.

Citaat uit:
Ziektewet, artikel 63a, lid 3:

{…} Indien de eigenrisicodrager het ziekengeld niet betaalt, wordt dit betaald door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. {…}

Citaten uit:
Regeling werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen zw, artikel 2. Toetsing voorstellen voor beslissingen:

Het UWV verzekert zich ervan dat de voorbereiding van de beslissing door de eigenrisicodrager op zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden en dat het voorstel wordt gedragen door de onderliggende feiten.

{…}

Indien de eigenrisicodrager binnen de gestelde termijn het verzuim niet of niet voldoende heeft hersteld, verricht het UWV de werkzaamheden als bedoeld in artikel 63a, eerste lid, van de ZW, of onderdelen daarvan.

Citaten uit:
Regeling werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen zw, artikel 3. Inrichting ziekteverzuimadministratie van eigenrisicodrager; controle op de uitvoering ZW door eigenrisicodrager:

Het UWV voert periodiek controle uit op de uitvoering van de ZW door de eigenrisicodrager. De eigenrisicodrager verschaft het UWV hiertoe toegang tot de benodigde gegevens.

Indien de uitkomsten van de controle daartoe aanleiding geven, is het UWV bevoegd om de eigenrisicodrager ten behoeve van de door de eigenrisicodrager te verrichten werkzaamheden instructies te geven.

Indien de eigenrisicodrager zich niet of niet voldoende aan de in het vierde lid bedoelde instructies houdt, is het UWV bevoegd te bepalen dat de eigenrisicodrager in afwijking van artikel 2 gedurende een door het UWV vastgestelde periode voorstellen voor beslissingen ingevolge de ZW, of onderdelen daarvan aan het UWV voorlegt.

{…}

Indien de eigenrisicodrager binnen de gestelde termijn het verzuim niet of niet voldoende heeft hersteld, verricht het UWV de werkzaamheden als bedoeld in artikel 63a, eerste lid, van de ZW, of onderdelen daarvan.

Citaten uit:
Regeling werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen zw, artikel 6. Kosten werkzaamheden verricht door het UWV:

Indien het UWV werkzaamheden als bedoeld in artikel 63a, eerste lid, van de ZW verricht, brengt het UWV de eigenrisicodrager ter zake van deze werkzaamheden per persoon als bedoeld in artikel 29, tweede lid, onderdelen a, b en c, van de ZW, die laatstelijk tot de eigenrisicodrager in dienstbetrekking stond en per genoemd onderdeel de volgende bedragen in rekening:

  1. Beoordeling recht ZW € 32;
  2. Beoordeling hoogte ZW € 31;
  3. Beoordeling duur ZW € 20;

{…}

Indien het UWV naast het ziekengeld een bedrag aan wettelijke rente heeft betaald wegens het te laat betalen van ziekengeld, brengt het UWV ook de wettelijke rente in rekening bij de eigenrisicodrager.

De conclusies van bovenstaande citaten uit de wet zijn:

  • Het UWV is eindverantwoordelijk dat de eigenrisicodrager de ziektewet juist uitvoert en voert daartoe regelmatig controles uit.
  • De eindverantwoordelijkheid van het UWV is onvoorwaardelijk.
  • Indien de eigenrisicodrager de ziektewet niet juist en/of gebrekkig uitvoert, dan geeft het UWV instructies aan de eigenrisicodrager.
  • Indien na het geven van instructies de eigenrisicodrager nalaat de ziektewet juist uit te voeren, dan verricht het UWV de taken die de eigenrisicodrager in het kader van de ziektewet had moeten uitvoeren.
  • Wanneer een uitkering in het kader van de ziektewet te laat is betaald, dan betaalt het UWV hierover de wettelijke rente aan de uitkeringsgerechtigde en verhaalt deze bedragen op de eigenrisicodrager.
  • Indien het UWV werkzaamheden voor de eigenrisicodrager verricht, dan worden deze werkzaamheden bij de eigenrisicodrager in rekening gebracht. Voorbeelden hiervan zijn het bepalen van het recht, de hoogte en de duur van de uitkering in het kader van de ziektewet.

VERANTWOORDELIJKHEDEN VAN DE OMBUDSMAN VOLGENS DE WET
De Nationale Ombudsman heeft de taak om erop toe te zien dat overheidsinstanties, zoals het UWV, zich aan de wet houden en zich gedragen jegens de burgers. Om voor deze zaak met bijbehorende klachten duidelijkheid te verschaffen, zijn hieronder enkele citaten uit de Grondwet en de Wet Nationale ombudsman weergegeven:

Citaat uit:
Grondwet, Artikel 78a:

De Nationale ombudsman verricht op verzoek of uit eigen beweging onderzoek naar gedragingen van bestuursorganen van het Rijk en van andere bij of krachtens de wet aangewezen bestuursorganen.

Citaten uit:
Wet Nationale ombudsman, Artikel 16:

De ombudsman zendt jaarlijks een verslag van zijn werkzaamheden aan {…} voorzover de ombudsman ten aanzien van hun bestuursorganen verzoekschriften heeft behandeld. {…}

De ombudsman draagt er zorg voor dat het verslag openbaar wordt gemaakt en algemeen verkrijgbaar wordt gesteld.

De ombudsman kan ook dadelijk na het afsluiten van een onderzoek de {…} besturen van gemeenschappelijke regelingen inlichten omtrent zijn bevindingen en oordeel, zo dikwijls hij de eerdere kennisneming daarvan voor het betreffende orgaan van belang acht of een orgaan als hiervoor bedoeld dit verzoekt.

De conclusies van bovenstaande citaten uit de wet aangaande deze klachtbrief zijn:

  • De ombudsman maakt na het afsluiten van het onderzoek een verslag omtrent zijn bevindingen en oordeel.
  • Dit verslag wordt openbaar gemaakt en algemeen verkrijgbaar gesteld.

Witte boorden 33 BLAUW KLEIN

DE ROL VAN HET UWV
Nu het duidelijk is dat het UWV volledig en onvoorwaardelijk verantwoordelijk is voor een correcte uitvoering van de ziektewet in het geval van werkgevers die eigenrisicodrager zijn, had in het geval van Kees het UWV haar verantwoording moeten nemen. Het UWV had dit helaas nagelaten en beantwoordde de klachtbrieven met leugens om maar geen verantwoording te hoeven nemen. Het gaat in deze zaak expliciet over leugens van het UWV, daar de door het UWV verkondigde onwaarheden opzettelijk zijn verkondigd. In deze zaak is dus geen sprake van slordigheid, onachtzaamheid of incompetentie bij het beantwoorden van de drie (!) klachtbrieven aan het UWV, maar is hier sprake van opzet.

Na het ontvangen van de eerste klachtbrief (de eerste van de twee klachtbrieven aan de ombudsman) aan de Nationale Ombudsman, had deze reeds hier moeten ingrijpen en het UWV op de vingers moeten tikken. Helaas gebeurde dit niet en loog, bedroog, misleidde, zweeg en frustreerde de Nationale Ombudsman er stevig op los met het doel het UWV te beschermen. Het dossier laat zien, dat de Nationale Ombudsman en het UWV opzettelijk hun verantwoording niet willen nemen.

Voordat door René drie klachtbrieven aan het UWV werden gestuurd, ten aanzien van de tekortkomingen wat betreft het nemen van de verantwoording van het UWV, was daaraan een uitgebreide correspondentie met het UWV én SMB van Londen vooraf gegaan. Uit deze correspondentie bleek duidelijk dat SMB van Londen ERD werkgever (ERD = eigen risico drager) was, die de ziektewet niet naar behoren uitvoerde, zodat het UWV volgens de wet (Ziektewet, artikel 63a, lid 5) in deze fase al had moeten ingrijpen door zijn verantwoording te nemen. Het UWV had dit niet gedaan!

Het UWV is er voor verantwoordelijk, dat de ERD werkgever de ziektewet correct uitvoert. Dit betekent, dat het UWV onvoorwaardelijk verantwoordelijk is voor een correcte uitvoering van de ziektewet, ongeacht of de uitkering inzake de ziektewet betaald dient te worden door het UWV of een ERD werkgever. Dit heeft tot gevolg, dat het UWV iedere klacht in behandeling moet nemen én dient af te handelen aangaande het onjuist en/of gebrekkig uitvoeren van een uitkering inzake de ziektewet; het UWV mag problemen aangaande een uitkering inzake de ziektewet NIET neerleggen bij de betreffende uitkeringsgerechtigde.

HET VERLOOP VAN DE INGEDIENDE KLACHTEN EN DE OPVOLGING
René had achtereenvolgens drie (!) klachtbrieven gestuurd naar het UWV en in totaal twee klachtbrieven naar de Nationale ombudsman. Hieronder zijn enkele essentiële citaten geplaatst uit de schriftelijke antwoorden van het UWV en de Nationale Ombudsman in reactie op de klachtbrieven. Hiermee wordt aangetoond, dat het UWV weigerde haar verantwoording te nemen:

EERSTE klachtbrief aan UWV, gedateerd 24 juni 2019
Antwoord van UWV, gedateerd 3 juli 2019
Mevrouw J. Knegt had geschreven:

Citaat UWV 1:
Deze werkgever is Eigen Risicodrager (ERD).
{…}
Ik begrijp dat het belangrijk voor u is om te weten waar u aan toe bent. Uit mijn onderzoek is gebleken dat wij conform de daarvoor geldende procedure hebben gehandeld. De ERD werkgever is verplicht uw ziekmelding in behandeling te nemen. Dit hebben wij de werkgever twee maal schriftelijk laten weten. Ook heeft een medewerker van de afdeling Ziektewet diverse malen telefonisch contact gehad met de werkgever. De werkgever heeft in één van deze gesprekken toegezegd dat u wordt opgeroepen. Zodra een ERD werkgever dit aangeeft, houdt de inmenging van UWV op.
{…}
{…} het spijt mij dat wij u in deze situatie niet verder kunnen helpen.

Bovenstaand “citaat UWV 1” is niet alleen pure onzin, maar ook nog eens een bewuste leugen, omdat bovenstaand citaat zou zijn geschreven naar de bevindingen van een onderzoek n.a.v. de klachtbrief.
Ten eerste heeft het UWV geen procedure te volgen wanneer sprake is van een ziekmelding bij een ERD werkgever, zodat de bewering van een vermeend onderzoek naar deze procedure nergens op slaat.
Ten tweede houdt inmenging van het UWV niet op, zodra een ERD werkgever heeft toegezegd dat een werknemer wordt opgeroepen (voor een bezoek aan een bedrijfsarts), daar totaal geen sprake is van inmenging van het UWV. Het UWV is onvoorwaardelijk eindverantwoordelijk voor een goede uitvoering van de ziektewet in het geval van een ERD werkgever, zodat van voorwaardelijke en/of beperkte inmenging geen sprake kan zijn.
In de klachtbrief waren expliciet drie vragen gesteld, genummerd van 1 t/m 3. Deze vragen zijn door het UWV op geen enkele wijze beantwoord of aangehaald.

TWEEDE Klachtbrief aan UWV, gedateerd 11 juli 2019
In de tweede klachtbrief aan het UWV werd aan de hand van citaten uitgelegd, afkomstig van de website van het UWV, dat het UWV haar verantwoording diende te nemen.

Antwoord van UWV, gedateerd 22 juli 2019
De heer P. van Hoesel had geschreven:

Citaat UWV 2:
Ik heb u niet gebeld omdat u heeft aangegeven dat u schriftelijk antwoord wil. Vervolgens heb ik voor u contact opgenomen met een stafmedewerker van de afdeling Ziektewet. Zij vertelde mij dat de medewerkster Ziektewet contact heeft opgenomen met de werkgever om uw ziekmelding in behandeling te nemen. Werkgever heeft toegezegd dit te doen. Op 19 juni 2019 heeft zij ook daadwerkelijk de ziekmelding van de ERD werkgever ontvangen. UWV neemt alleen de ziekmelding over als de ERD werkgever weigert deze in behandeling te nemen of als de werkgever onterecht stopt met betalen. Beide situaties zijn niet van toepassing op deze melding.

Bovenstaand “citaat UWV 2” is wederom pure onzin en gebaseerd op bewuste leugens.
Ten eerste wordt duidelijk dat er verschil is tussen het maken van de toezegging, dat een werknemer zal worden opgeroepen (voor een bezoek aan de bedrijfsarts) (zie citaat UWV 1) en dat de ziekmelding in behandeling wordt genomen bij het UWV: “heeft zij (medewerkster van het UWV) ook daadwerkelijk de ziekmelding van de ERD werkgever ontvangen” (zie citaat UWV 2). Dat het UWV uiteindelijk de ziekmelding heeft ontvangen, wil niet zeggen dat door de ERD werkgever eveneens een arbodienst met bedrijfsarts is ingeschakeld. In het geval van Kees bleek dat de arbodienst pas vele weken later werd ingeschakeld, nadat het UWV de ziekmelding had ontvangen!
Ten tweede worden in “citaat UWV 2” wederom diverse voorwaarden genoemd wanneer het UWV een ziekmelding zou overnemen. Deze voorwaarden zijn onzin, daar het UWV onvoorwaardelijk verantwoordelijk is voor een volledige en correcte uitvoering van de ziektewet, ook in het geval van een ERD werkgever.
Ten derde is sprake van bewuste leugens vanwege het feit, dat ik in de tweede klachtbrief was uitgelegd aan de hand van citaten van de website van het UWV, dat het UWV onvoorwaardelijk verantwoordelijk was voor een correcte uitvoering van de ziektewet in het geval van een ERD werkgever. Deze citaten zijn volledig genegeerd bij het behandelen van de klachten.

EERSTE klachtbrief aan Nationale Ombudsman, gedateerd 11 juli 2019
Omdat het gezien de leugens van het UWV in antwoord op de eerste klachtbrief meteen duidelijk was dat het UWV niet van plan was haar verantwoordelijkheid te nemen, werd gelijktijdig zowel een tweede klachtbrief bij het UWV, als bij de Nationale ombudsman ingediend.
De Nationale ombudsman zou de eerste brief van het UWV moeten behandelen, gedateerd op 3 juli 2019, dat het antwoord was op de eerste klachtbrief, gedateerd op 24 juni 2019. De tweede klachtbrief aan het UWV, die ook aan de Nationale Ombudsman was gestuurd als begeleidende brief, was enkel de toelichting voor de klachten.
In essentie zou de behandeling van de eerste klachtbrief door de Nationale ombudsman zeer eenvoudig zijn. De Nationale ombudsman zou na een onderzoek het UWV terecht moeten wijzen wegens:

  1. Het verstrekken van onjuiste en misleidende informatie in meerdere brieven;
  2. Het niet nemen van haar verantwoordelijkheid aangaande het niet (correct) uitvoeren van de ziektewet door en ERD werkgever, nadat het UWV hiervan door de betreffende werknemer op de hoogte was gesteld;
  3. Het onterecht neerleggen van de (eind)verantwoordelijkheid bij een (ex)werknemer van een ERD werkgever voor het verkrijgen van een uitkering in het kader van de ziektewet.

Het eindresultaat zou moeten zijn, dat de ziektewet in het geval van Kees op een correcte manier zou worden uitgevoerd en dat het UWV wettelijke rente zou moeten betalen wegens het te laat starten met het uitbetalen van de uitkeringen. Daarbij zou het UWV informatie moeten verschaffen over het recht, de duur (ingangsdatum en einddatum) en de wijze waarop de hoogte van de uitkering zou zijn berekend.

In plaats van dat de Nationale ombudsman de klachtbrief inhoudelijk ging beantwoorden, ontstond een uitgebreide communicatie tussen Jop Schampers, onderzoeker bij de Nationale ombudsman, en René.

Op 8 augustus ontving René een email van Jop Schampers met onder meer de vraag:

Ik zie dat u op 11 juli een brief naar het UWV hebt gestuurd naar aanleiding van de klachtafhandeling.
Hebt u inmiddels een antwoord op deze brief ontvangen?

Op zich was bovenstaande vraag van Jop Schampers een legitieme vraag, maar het antwoord van het UWV op de tweede klachtbrief (aan het UWV) mocht niet van invloed zijn op de afhandeling van de klachten aangaande de werkwijze van het UWV door de Nationale ombudsman, naar aanleiding van de eerste klachtbrief aan het UWV.

Op 9 augustus had René aan Jop Schampers een mail gestuurd met onderstaand citaat:

U vraagt in uw email of Kees inmiddels een antwoord op zijn brief van 11 juli 2019 aan UWV heeft ontvangen. Dat heeft hij en deze brief kunt u vinden in de bijlagen.

Jop Schampers had dus inmiddels het tweede antwoord van het UWV ontvangen, dat het antwoord was op de tweede klachtbrief aan het UWV. Dit tweede antwoord stond vol onzin en leugens, zoals hierboven reeds is toegelicht.

Op 27 augustus ontving René van Jop Schampers een email met onderstaand citaat:

Graag zou ik belafspraak met u willen maken
Ik ben benieuwd naar de huidige stand van zaken en de contacten die tussentijds tussen u (of Kees) en SMB van Londen hebben plaatsgevonden.
Ook wil ik met u bespreken of, en zo ja wat wij voor u kunnen betekenen.

Bovenstaande vragen van Jop Schampers waren zeer vreemd, daar René bij de Nationale ombudsman klachten had ingediend aangaande de werkwijze van het UWV. Omdat de Nationale ombudsman inmiddels ook in het bezit was van het antwoord van het UWV op de tweede klachtbrief, was het overduidelijk dat het UWV haar werk niet naar behoren deed; het tot deze conclusie komen hoorde immers ook bij het onderzoek van de Nationale ombudsman. De Nationale ombudsman had dan ook de taak naar aanleiding van de klachtbrief aan de Nationale ombudsman een rapport te schrijven over de werkwijze van het UWV.
De vraag van Jop Schampers, of de Nationale ombudsman wat voor René zou kunnen betekenen, duidde er op, dat de Nationale ombudsman deze rapportage niet wilde opstellen. Er werd ook gevraagd naar de stand van zaken met de werkgever SMB van Londen, terwijl dat er niet toe deed! Het ging immers om de “dienstverlening” van het UWV.

Op 6 september had René aan Jop Schampers een zeer uitgebreide brief gestuurd
In deze zeer uitgebreide brief had René onder meer aangegeven, dat hij het zeer frappant vond dat hij op 11 juli een klacht had ingediend bij de Nationale ombudsman en dat Kees per brief van 29 juli werd opgeroepen op spreekuur bij een bedrijfsarts te komen! Vervolgens gaf Jop Schampers in zijn email van 27 augustus aan benieuwd te zijn naar de stand van zaken. Het was duidelijk dat Jop Schampers meer wist over deze stand van zaken! Voor René was het duidelijk, dat de Nationale ombudsman contact moest hebben gehad met het UWV, waarop het UWV de voormalige werkgever van Kees, SMB van Londen, had gedwongen een bedrijfsarts in te schakelen. SMB van Londen zou dit nooit uit eigen initiatief hebben gedaan! Onderstaand citaat komt uit de uitgebreide brief van René aan Jop Schampers:

Terugkomend wat ik van de Nationale Ombudsman verwacht. Ik verwacht dat de Nationale Ombudsman de manier van klachtafhandeling van de twee klachtbrieven van Kees beoordeelt en hierbij zich in ieder geval uitspreekt over onderstaande acht onderwerpen:

  1. Waren de klachten van Kees duidelijk genoeg geformuleerd?
  2. Was het UWV verantwoordelijk voor een correcte opvolging van de klachten? (Het UWV was verantwoordelijk, dus zijn onderstaande punten 3 t/m 8 ook van toepassing);
  3. Had het UWV alle aan bod gekomen onderwerpen in de klachten bij het beantwoorden behandeld?
  4. Had het UWV bij het beantwoorden correcte informatie gegeven?
  5. Had het UWV bij het beantwoorden foute of misleidende informatie gegeven?
  6. Had het UWV bij het beantwoorden volledige informatie gegeven?
  7. Had het UWV passende maatregelen genomen?
  8. Ik verwacht dat de Nationale Ombudsman zich uitspreekt over aanbevelingen aangaande het “handelen” van het UWV.

Wat hier is gebeurd is zeer ernstig. Indien het UWV te laat is met het uitbetalen van een uitkering, dan heeft de uitkeringsgerechtigde recht op compensatie. Deze compensatie wordt uitbetaald in de vorm van rente. In het geval van Kees is het vele malen erger en het zal helaas bij diverse slachtoffers gelukt zijn.

U had vragen aan mij en ik heb ook vragen aan u en/of het UWV:

Vraag 1:
Ik heb twijfels en dus vraagtekens bij de hoogte van de aan Kees toegekende ziektewetuitkering. Het is mij onduidelijk hoe de hoogte van de uitkering is berekend. Bovendien klopt de ingangsdatum van de ziektewetuitkering niet. Kunt u er zorg voor dragen, dat het UWV mij daar uitleg over geeft?
Afgezien van het feit dat het UWV beweert aan dienstverlening te doen, mag duidelijk zijn dat de voormalige werkgever van Kees waar mogelijk fraudeert. Het heeft dan ook geen zin om vragen aangaande het berekenen van de hoogte van de ziektewetuitkering bij de voormalige werkgever neer te leggen.

Vraag 2:
Heeft de Nationale Ombudsman naar aanleiding van de klacht van Kees aangaande de handelswijze van het UWV op enige wijze contact gehad met het UWV?

Onderstaand citaat komt uit een email van René aan Jop Schampers van 5 oktober 2019:

Op 6 september 2019 heeft u van mij een uitgebreid antwoord ontvangen op uw aan mij gerichte email met vragen. Mijn uitgebreide antwoord in PDF formaat heb ik wederom als bijlage bij deze email gevoegd.

Onderstaand citaat komt uit de email van Jop Schampers van 7 oktober 2019:

Wij zijn nog met uw dossier bezig.
Bij een schriftelijk oordeel gaat de brief eerst langs meerdere personen (waaronder één van de ambtsdragers) voordat deze wordt verzonden.
Ik kan u daarom geen exacte datum geven waarop u de brief kunt verwachten

Onderstaand citaat komt uit mijn email aan Jop Schampers van 8 oktober 2019:

Ik wacht af, hoewel ik het heel lang vind duren, gezien het in deze kwestie gaat over iemands inkomen en daarmee zijn/haar bestaansrecht in het huidige systeem dat draait om geld.

Definitieve brief van de Nationale ombudsman van 29 oktober 2019:
Op 29 oktober 2019 kreeg René van de Nationale ombudsman schriftelijk antwoord op zijn klachtbrief van 11 juli 2019. Het antwoord had dus ruim drieënhalve maand op zich laten wachten! De officiële brief was ondertekend door Joyce Sylvester, Substituut-ombudsman.
Onderstaande citaten zijn afkomstig uit deze brief:

Citaat 1:
Wij komen tot de conclusie dat het UWV zich naar behoren heeft ingespannen door uw voormalig werkgever te wijzen op zijn verplichtingen.

Citaat 2:
Wel blijft het UWV eindverantwoordelijk voor de juiste uitvoering van de Ziektewet van SMB. Dit betekent dat het UWV controleert of SMB handelt volgens de regels van de Ziektewet.

Citaat 3:
Wat vindt de Nationale ombudsman? SMB had tot uiterlijk 11juni de tijd om bij het UWV melding te doen van uw ongeschiktheid tot werken. Het UWV heeft deze melding uiteindelijk op 19 juni van SMB ontvangen, dus 8 dagen te laat.

Citaat 4:
Het is voor SMB en de bedrijfsarts na 19 juni kennelijk nog steeds niet duidelijk wat hun verplichtingen zijn nu u niet meer in dienst bent.

Citaat 5:
Het is de taak van de Nationale ombudsman om de gedraging van het UWV te beoordelen. Wij vinden dat het UWV op gepaste wijze heeft gehandeld door contact op te nemen met SMB om duidelijk te maken dat de ziekmelding daar in behandeling moet worden genomen. In de klachtafhandeling laat het UWV weten dat het in minder dan twee maanden tijd tweemaal schriftelijk en diverse malen telefonisch contact heeft gezocht met SMB. Hiermee laat het UWV naar ons oordeel zien dat uw meldingen over het uitblijven van een oproep van de bedrijfsarts serieus zijn opgepakt. Wij menen dat het UWV zich voldoende heeft ingespannen om uw ziekmelding op de juiste manier in behandeling te krijgen.

Citaat 6:
Voor wat betreft het uitblijven van betalingen van SMB voor de periode vanaf 12 augustus heeft het UWV in de klachtafhandeling aangegeven dat de ziekmelding door het UWV wordt overgenomen indien de eigen risicodrager ten onrechte stopt met betalen. Als u meent dat hier sprake van is, zou u het UWV hierover kunnen informeren. Omdat er nog geen interne klachtafhandeling bij het UWV heeft plaatsgevonden over zijn rol ten aanzien van het uitblijven van betalingen vanaf 12 augustus, kunnen wij ons hierover op dit moment niet inhoudelijk uitspreken.
Wij sluiten hiermee de behandeling van uw klacht af.

Aangaande de citaten 1, 2 en 5 heeft René het volgende op te merken:
Bovenstaande citaten staan vol leugens en andere onzin! Liegen is het opzettelijk vertellen van onwaarheden en dat is waar de Nationale ombudsman zich aan schuldig maakt. Zoals eerder in deze brief is aangetoond, is het UWV onvoorwaardelijk (eind)verantwoordelijk voor een correcte uitvoering van de ziektewet. Wanneer een ERD werkgever verzuimt de ziektewet op een correcte wijze uit te voeren, al dan niet na aanwijzingen van het UWV, dan dient het UWV deze werkzaamheden over te nemen. Dit betekent dat de citaten 1, 2 en 5 leugens zijn! (Bij citaat 2 wordt slechts een deel van de waarheid verteld en wordt het belangrijkste deel van de waarheid weggelaten, zodat dit citaat zeer misleidend is.)

Wat betreft de citaten 3 en 4 heeft René het volgende op te merken:
De ERD werkgever dient in geval van een zieke (ex)werknemer, dit zowel te melden bij het UWV, als bij een arbodienst, die vervolgens een bedrijfsarts inschakelt. Deze bedrijfsarts kan in loondienst zijn van deze arbodienst of door deze arbodienst worden ingehuurd. De arbodienst Keerpunt werd pas waarschijnlijk op 24 juli door SMB van Londen ingeschakeld. Keerpunt wil geen mededeling doen wanneer men de ziekmelding had ontvangen, maar maakte er wel spoed mee om Kees op te roepen voor een bezoek aan de bedrijfsarts. Inmiddels heeft het spreekuurbezoek plaatsgevonden en het blijkt dat deze bedrijfsarts heel goed begrijpt wat zijn werkzaamheden zijn. Hij begrijpt ook heel goed dat het een corrupte bende is. Hij heeft aangegeven dat hij als medicus niets met deze wantoestanden te maken wil hebben.

Aangaande citaat 6 heeft René het volgende op te merken:
Het UWV had in antwoord op de tweede klachtbrief in haar brief van 22 juli 2019 aangegeven:

UWV neemt alleen de ziekmelding over als de ERD werkgever weigert deze in behandeling te nemen of als de werkgever onterecht stopt met betalen.

De Nationale ombudsman heeft deze leugens overgenomen, want het UWV is onvoorwaardelijk (eind)verantwoordelijk voor een goede uitvoering van de ziektewet. Dit betekent dat de verantwoordelijkheden van het UWV veel verder gaan dan alleen het overnemen van de ziekmelding in het geval een werkgever ten onrechte stopt met betalen.

De Nationale ombudsman negeert (lastige) vragen
In de uitgebreide brief aan de Nationale ombudsman waren tevens twee vragen gesteld aangaande het berekenen van de hoogte van de uitkering én of in deze kwestie de Nationale ombudsman contact had gehad met het UWV. Deze vragen zijn door de Nationale ombudsman volledig genegeerd! Dit is begrijpelijk, daar de Nationale ombudsman wel degelijk contact moet hebben gehad met het UWV en daarbij meerdere personen betrokken zouden moeten zijn geweest. Mijn vragen doodzwijgen was voor de Nationale ombudsman blijkbaar de beste optie, want het ontkennen van dit contact zou gelijk zijn aan keihard liegen en het risico zou bestaan dat dit zou uitkomen wanneer een medewerker uit de school zou klappen.

DERDE Klachtbrief aan UWV, gedateerd 14 februari 2020
De Nationale ombudsman had René wat betreft het uitblijven van betalingen (door SMB van Londen) terugverwezen naar het UWV. Om die reden had René dan ook een derde (!) klachtbrief opgesteld en verzonden aan het UWV. Onderstaand citaat met vier verzoeken aan het UWV komt uit deze klachtbrief, gedateerd 14 februari 2020:

Verzoek 1:
Graag ontvang ik een specificatie waarop aan de hand van een berekening is te zien hoe de hoogte van de ziektewet uitkering is bepaald. Indien blijkt dat SMB van Londen te weinig heeft betaald, dient erop worden toegezien, dat met terugwerkende kracht de ontbrekende bedragen alsnog worden overmaakt, inclusief de wettelijke rente.

Verzoek 2:
Ik verzoek het UWV erop toe te zien dat SMB van Londen op tijd de uitkeringen betaalt.

Verzoek 3:
Ik verzoek het UWV erop toe te zien dat SMB van Londen bij het overmaken van een periodieke uitkering duidelijk aangeeft om welke periode het gaat en hierin eenduidig is.

Verzoek 4:
Kees had zich ziekgemeld op 9 april 2019. Ik verzoek het UWV erop toe te zien, dat SMB van Londen met terugwerkende kracht op de correcte datum de eerste uitkeringsdag volgens de ziektewet laat ingaan en te weinig betaalde uitkering alsnog betaalt.

Antwoord van UWV, gedateerd 17 februari 2020
Onderstand citaat was door Mevrouw N. Schoonhoven-Zuidema geschreven:

Wij hebben uw klacht over SMB van Londen ontvangen. Wij behandelen alleen klachten over UWV en kunnen u daarom niet verder helpen. Wij adviseren u om uw klacht naar SMB van Londen te sturen.

Bovenstaand citaat is pure onzin, daar het UWV (eind)verantwoordelijk is voor een correcte uitbetaling van de ziektewet, ook in het geval van Kees waarbij zijn voormalige werkgever eigen risicodrager is. Overigens was dit achtereenvolgens de derde keer dat het UWV een klachtbrief beantwoordde met leugens! Hierop had René wederom een tweede klachtbrief gestuurd aan de Nationale ombudsman.

TWEEDE klachtbrief aan Nationale Ombudsman, gedateerd 5 maart 2020
In de tweede klachtbrief aan de Nationale ombudsman had René in de bijlagen zijn derde klachtbrief aan het UWV gevoegd, gedateerd 14 februari 2020 en het antwoord van het UWV, gedateerd 17 februari 2020. Onderstaand citaat komt uit de brief van 5 maart:

Omdat UWV eindverantwoordelijk is, verwacht ik dat de Nationale Ombudsman het UWV op haar verantwoordelijkheden wijst.

Brief van Nationale Ombudsman, gedateerd 4 mei 2020
Deze brief was om meerdere redenen opvallend.
Ten eerste was deze brief niet ondertekend door de Nationale ombudsman of substituut-ombudsman, maar door Jop Schampers. Dit betekent, dat de klachtbrief NIET door de Nationale ombudsman in behandeling was genomen.
Ten tweede was dit keer blijkbaar geen communicatie mogelijk met de Nationale ombudsman, daar Jop Schampers de brief had afgesloten met de mededeling:

Ik sluit uw dossier hierbij af.

Ten derde staan in de door Jop Schampers ondertekende brief diverse onvolledigheden, onjuistheden en onzin. Onderstaande citaten zijn uit de brief overgenomen:

Citaat 7:
Hiermee wordt aangegeven dat het UWV u zou kunnen helpen als SMB stopt met betalen.
{…}
Omdat uit uw verzoekschrift niet blijkt dat SMB is gestopt met betalen, zie ik op dit moment geen rol weggelegd voor het UWV.

Citaat 7 gaat voorbij aan het feit of al dan niet het juiste bedrag wordt betaald. Indien SMB (veel) te weinig betaalt, dan zou voor het UWV geen rol zijn weggelegd? Wat een onzin!

Citaat 8:
Uit de bankafschriften en uitkeringsadministratie van 2019 die u aan uw verzoekschrift hebt toegevoegd blijkt echter niet op dat SMB is gestopt met betalen of een periode heeft overgeslagen.
{…}
Per saldo zijn er dus geen periodes overgeslagen.

Bovenstaande bewering is onjuist, zoals hieronder zal blijken.

Citaat 9:
U geeft aan dat volgens de uitkeringsadministratie de eerste uitkeringsdag 26 april 2019 is.

Het klopt dat René had aangegeven dat de eerste uitkeringsdag volgens de uitkeringsadministratie 26 april 2019 is, maar René had ook aangegeven dat Kees zich had ziekgemeld op 9 april 2019 en derhalve per 9 april recht zou moeten hebben op een uitkering volgens de ziektewet. Dit was door René duidelijk uitgelegd in de derde klachtbrief aan het UWV. Jop Schampers houdt hier dus essentiële informatie achter. Dit betekent dat SMB aangaande de betalingen een (deel) van een periode heeft overgeslagen.

Citaat 10:
Dat het UWV niet ingaat op uw klachten met betrekking tot het specificeren van de hoogte van het ziektegeld en de onduidelijke omschrijvingen die horen bij de uitbetalingen valt te begrijpen.
In de ziektewet is namelijk niet bepaald dat het UWV erop moet toezien dat eigenrisicodragers moeten specificeren hoe de hoogte van de Ziektewet uitkering is opgebouwd.

Citaat 10 is wederom onzin. In de wet “Regeling werkzaamheden, administratieve voorschriften en kosten eigenrisicodragen zw, artikel 6, Kosten werkzaamheden verricht door het UWV” wordt expliciet het recht, de hoogte en de duur benoemd aangaande de uitkering in het kader van de ziektewet, zoals René eerder in deze brief had aangetoond aan de hand van wetgeving onder het kopje “Verantwoordelijkheden van het UWV volgens de wet”.

Citaat 11:
Kernachtig is de strekking van dit bericht dat er alleen een rol voor het UWV is weggelegd als SMB stopt met betalen.

De strekking van de brief van Jop Schampers is pure onzin!

DE VERBORGEN AGENDA
Gezien de gang van zaken in deze zaak en ervaringen uit het verleden van René met de Nationale ombudsman, is het René duidelijk dat de Nationale ombudsman de boel belazert om een verborgen agenda te beschermen, die door het UWV wordt uitgevoerd.

De ombudsman liegt, omdat deze stelt dat de verantwoordelijkheden van het UWV beperkt én/of voorwaardelijk zijn aangaande het correct uitvoeren van de Ziektewet voor werkgevers die eigenrisicodrager zijn.
De ombudsman bedriegt, omdat deze heimelijk het UWV heeft gewezen erop toe te zien dat SMB van Londen een arbodienst zou inschakelen en aan Kees een uitkering in het kader van de Ziektewet diende uit te betalen. Dit bewijs is indirect, maar gezien de gang van zaken zeer overtuigend.
De ombudsman zwijgt, omdat deze geen reactie geeft op alle door René gestelde vragen of klachten en/of klachten onvolledig behandelt, zodat naar een door de ombudsman gewenste uitkomst kan worden toegewerkt.
De ombudsman misleidt. Dit misleiden wordt mogelijk gemaakt door een combinatie van liegen, bedriegen en zwijgen, met het doel dat met opzet onjuiste onformatie wordt gegeven of juiste informatie wordt achtergehouden. Dit begint bij het achterwege laten van de nummering van de klachten en/of vragen. Het misleiden eindigt met het advies naar het Juridisch Loket te stappen.
De ombudsman frustreert het proces van waarheidsvinding, het maken van conclusies en het nemen van de nodige maatregelen. Het frustreren wordt het duidelijkst geïllustreerd met de opmerking van Jop Schampers in zijn brief van 4 mei 2020: “Ik sluit hierbij uw dossier af.”

Witte boorden 25 KLEIN

Illustraties met medewerking van Mark Hell

Brief van Joyce Sylvester, Substituut ombudsman, 29 oktober 2019

Geachte ..,

In uw bericht van 11 juli 2019 laat u weten dat het Uitvoeringsinstituut werknemers verzekeringen (hierna: UWV) onvoldoende heeft toegezien op een juiste uitvoering van de Ziektewet toen uw voormalig werkgever er te lang over deed om uw ziek melding in behandeling te nemen. U vraagt de Nationale ombudsman uw klacht te beoordelen. Wij komen tot de conclusie dat het UWV zich naar behoren heeft ingespannen door uw voormalig werkgever te wijzen op zijn verplichtingen.
Hieronder leest u hoe wij tot dit standpunt zijn gekomen.

Wat is er gebeurd?
U hebt op 9 april 2019 bij uw toenmalige werkgever, Schoonmaakbedrijf Van Londen (hierna: SMB), telefonisch aangegeven dat u ziek bent. Naar uw inschatting zijn uw medische klachten ontstaan door het gebruik van de schoonmaakmiddelen van SMB. SMB laat u op 24 april per brief weten dat uw arbeidsovereenkomst, die nog liep tot 31 april, niet wordt verlengd. Op 1 mei – u bent op dat moment nog steeds ziek – vraagt u een Ziektewet-uitkering aan bij het UWV. Het UWV laat hierop weten dat SMB een eigenrisicodrager is, wat inhoudt dat de bedrijfsarts van SMB moet beoordelen of u recht hebt op een Ziektewet-uitkering en indien dit het geval is, wordt uw uitkering door SMB uitbetaald. Wel blijft het UWV eindverantwoordelijk voor de juiste uitvoering van de Ziektewet van SMB. Dit betekent dat het UWV controleert of SMB handelt volgens de regels van de Ziektewet. In dit kader heeft het UWV op 7 en 24 mei aan SMB verzocht om uw ziekmelding in behandeling te nemen. Op 21 mei, 6 en 15 juni hebt u het UWV laten weten dat SMB geen actie onderneemt naar aanleiding van de verzoeken van het UWV, want u ontvangt maar geen oproep van de bedrijfsarts. Op 24 juni hebt u nog steeds geen oproep van de bedrijfsarts ontvangen en besluit u een klacht in te dienen bij het UWV.

Wat is uw klacht?
Op 24 juni en 11 juli klaagt u bij het UWV. Hierin geeft u aan dat SMB niet wil meewerken aan het invullen van het formulier ‘ziek uit dienst’ en weigert een bedrijfsarts in te schakelen. In een e-mail van 21 juni beweert SMB ten onrechte dat het niet mogelijk is om een bedrijfsarts in te schakelen, omdat u niet meer in dienst bent. U vindt het ongehoord dat het UWV het toestaat dat uw voormalige werkgever de aanvraag van uw uitkering kan tegenhouden terwijl diezelfde werkgever wet- en regelgeving aan zijn laars lapt. Het is niet aan u om ervoor te zorgen dat SMB zich aan de regels houdt, omdat u geen mogelijkheden hebt om drukmiddelen uit te oefenen. Het UWV is eindverantwoordelijk voor de correcte uitvoering van de Ziektewet door de eigen risicodrager en draagt tevens zorg voor de handhaving hiervan. U eist dat het UWV u ondersteunt en actief helpt om een Ziektewet-uitkering te krijgen.

Hoe reageerde het UWV?
Op 3 en 22 juli reageert het UWV op uw klachten. In de reactie wordt aangegeven dat SMB verplicht is uw ziekmelding in behandeling te nemen. Dit zou het UWV twee maal schriftelijk aan SMB hebben laten weten. Daarnaast geeft het UWV aan dat een medewerker van de afdeling Ziektewet diverse malen telefonisch contact heeft gehad met SMB. Op 19 juni heeft het UWV de ziekmelding van SMB ontvangen en ook zou in een telefoongesprek met SMB zijn toegezegd dat u zal worden opgeroepen door een bedrijfsarts. Zodra een eigenrisicodrager dit aangeeft, houdt de inmenging van het UWV op. Het UWV neemt alleen de ziekmelding over als de eigenrisicodrager weigert deze in behandeling te nemen of onterecht stopt met betalen. Beide situaties zijn op het moment dat u de klacht indient niet van toepassing. Het UWV adviseert u om er nogmaals bij SMB op aan te dringen zich aan de gemaakte afspraken te houden. Ook wijst het UWV u op de mogelijkheid om een voorschot bij SMB aan te vragen op de beslissing. Het UWV merkt hierbij op dat SMB niet wettelijk verplicht is dit voorschot te verstrekken.

Wat is er na de klachtafhandeling gebeurd?
Op 29 juli wordt u opgeroepen voor een medische keuring door de bedrijfsarts van SMB. De conclusie van deze keuring is dat u zich op dat moment in de instelfase bevindt en nog niet is vast te stellen hoe de situatie zich verder zal ontwikkelen. In ieder geval is duidelijk dat uw eigen werkzaamheden in de schoonmaak blijvend niet mogelijk zijn. Het advies van de bedrijfsarts is om uw situatie over 8 weken opnieuw te evalueren. Op 28 augustus heeft SMB voor het eerst geld overgemaakt. Naar uw zeggen is er voor de periode vanaf 12 augustus nog niet door SMB uitbetaald. U vraagt de Nationale ombudsman om het uitblijven van betalingen vanaf 12 augustus mee te nemen in de beoordeling van de klacht.

Wat vindt de Nationale ombudsman?
SMB had tot uiterlijk 11 juni de tijd om bij het UWV melding te doen van uw ongeschiktheid tot werken. Het UWV heeft deze melding uiteindelijk op 19 juni van SMB ontvangen, dus 8 dagen te laat. Ook de oproep van de bedrijfsarts van 29 juli heeft lang op zich laten wachten. Het is voor SMB en de bedrijfsarts na 19 juni kennelijk nog steeds niet duidelijk wat hun verplichtingen zijn nu u niet meer in dienst bent.

Het is de taak van de Nationale ombudsman om de gedraging van het UWV te beoordelen. Wij vinden dat het UWV op gepaste wijze heeft gehandeld door contact op te nemen met SMB om duidelijk te maken dat de ziekmelding daar in behandeling moet worden genomen. In de klachtafhandeling laat het UWV weten dat het in minder dan twee maanden tijd tweemaal schriftelijk en diverse malen telefonisch contact heeft gezocht met SMB. Hiermee laat het UWV naar ons oordeel zien dat uw meldingen over het uitblijven van een oproep van de bedrijfsarts serieus zijn opgepakt. Wij menen dat het UWV zich voldoende heeft ingespannen om uw ziekmelding op de juiste manier in behandeling te krijgen.

Voor wat betreft het uitblijven van betalingen van SMB voor de periode vanaf 12 augustus heeft het UWV in de klachtafhandeling aangegeven dat de ziekmelding door het UWV wordt overgenomen indien de eigen risicodrager ten onrechte stopt met betalen. Als u meent dat hier sprake van is, zou u het UWV hierover kunnen informeren. Omdat er nog geen interne klachtafhandeling bij het UWV heeft plaatsgevonden over zijn rol ten aanzien van het uitblijven van betalingen vanaf 12 augustus, kunnen wij ons hierover op dit moment niet inhoudelijk uitspreken.
Wij sluiten hiermee de behandeling van uw klacht af.

Hebt u nog vragen?
Als u vragen hebt over dit bericht, dan kunt u bellen met Jop Schampers. U kunt hem op maandag t/m vrijdag bereiken via telefoonnummer (070) 356 XX XX. Mailen naar xxxxx@nationaleombudsman.nl kan ook. Denk er dan aan om uw dossiernummer te vermelden. Uw dossiernummer is 2019XXXX.

Met vriendelijke groet,
de Nationale ombudsman,

Joyce Sylvester,
substituut-ombudsman

2 gedachten over “De Nationale ombudsman liegt en bedriegt!

  1. Beste loonslaaf,

    Ik ben een groot fan, en (door)zie alle instanties die betrokken zijn bij het conflict waar ik nu al twee en een half jaar in zit. Ruim een jaar geleden heb ik u ook al een bericht gestuurd en verkeerde nog in de burn-out modus. Gelukkig heb ik op uw advies doorgezet en vastgehouden aan mijn plan. De leidinggevende is reeds ontslagen, maar dat is niet genoeg. Ik wil publiciteit geven aan de werkwijze van Connexxion bij conflicten en in detail en met naam en toenaam mij verhaal vertellen van wat er is gebeurd en wat het met je doet. Ik wil wraak! Mijn vraag is hoe kan ik een podium vinden waar ik veel mensen kan bereiken. Om een multinational bedrijf aan de kaak te stellen en alle bedrijfjes (bedrijfsartsen,consulenten, mediators etc) die betaald worden door Connexxion te wijzen op hun crimineel gedrag. Niemand, maar dan ook echt niemand is objectief. Ze voelen zich veilig ondanks de fouten die ze maken, de bedrijfsarts in het bijzonder.

    Vriendelijke groet, André Willemse

    Ga vooral door met publiceren, want wij verschillen nauwelijks van de bekende bananen republieken.

    Op zo 21 jun. 2020 om 14:02 schreef DE LOONSLAAF

    > DE LOONSLAAF posted: “Inderdaad… de Nationale ombudsman is corrupt tot op > het bot. Dat moet ook wel, want het gehele overheidsapparaat is corrupt, > inclusief de rechterlijke macht! Dit artikel is geschreven voor de mensen > behorend tot het volk, die waarheid hoog in het vaandel” >

    Like

    1. Hallo André,
      Een podium waar je veel mensen kunt bereiken voor dit soort zaken is er helaas niet. Het zouden klokkenluidersorganisaties moeten zijn, maar die zijn in het verleden bij mij ook al door de mand gevallen.
      Het volk wordt liever vermaakt en heeft geen zin lange en moeilijke epistels te lezen over drama’s vol onrecht van andere mensen behorend tot het volk… totdat ze zelf aan de beurt zijn… en dan is het te laat.
      Indien je een goed dossier hebt en een mooie samenvatting hebt gemaakt, dan heb ik wellicht wel interesse om je relaas te plaatsen. De juridische kant dient natuurlijk ook bekeken te worden, want de witte boorden criminelen zullen er alles aan doen publicatie tegen te houden en jouw relaas in de vorm van een artikel (of deze hele website) op last van de rechter te laten verwijderen.

      Like

Plaats een reactie