Brief van René Mäkel aan Nationale Ombudsman (zonder bijlagen)
Arnhem, 16 september 2007
Geachte dame/heer,
In 2006 heb ik een sollicitatieformulier ingevuld en opgestuurd met betrekking tot de functie “Master recherchekundige” bij de politie. Eind 2006 en begin 2007 ben ik bij elkaar twee volledige werkdagen getest door het “Centrum voor Competentiemeting & Monitoring”, kortweg CCM, onderdeel van de Politieacademie te Apeldoorn.
Naar aanleiding van de tests die zijn uitgevoerd op deze twee testdagen, is er door een psychologe een “Rapportage Psychologisch Onderzoek” opgemaakt, die ik eind februari 2007 thuis heb mogen ontvangen.
Omdat ik het met deze rapportage niet eens was, heb ik begin april 2007 schriftelijk een klacht opgesteld en deze op 19 april 2007 per post opgestuurd naar de Politieacademie. Mijn klacht is in behandeling is genomen door B. Bollebakker van de afdeling selectie.
Op 12 juni 2007 heb ik per post een reactie op mijn klacht ontvangen. Deze is gedateerd op 6 juni 2007 en is ondertekend door J. van Zielst, Wnd. directeur CCM.
Omdat de reactie van J. van Zielst mijns inziens verre van compleet was en het voor mij duidelijk was geworden dat deze persoon niet serieus mijn klacht wilde behandelen, heb ik de klacht vervolgens gericht aan het College van Bestuur van de Politieacademie, middels een schrijven van 22 juni 2007.
In bijlage 1 van deze brief heb ik een duplicaat van dit schrijven gevoegd, waarin tevens voorgaande correspondentie, alsmede het psychologisch rapport in terug te vinden zijn.
Ik heb van het College van Bestuur een reactie op mijn schrijven ontvangen, gedateerd op 12 juli 2007. Deze reactie heeft mij wederom verbaasd, daar er in deze brief mij werd medegedeeld dat het “juridisch gezien” niet mogelijk was dat het College van Bestuur mijn klacht in behandeling zou nemen, omdat zij al eerder mijn klacht hadden behandeld. In bijlage 2 heb ik een kopie van dit schrijven bijgevoegd. Ik was zo verbaasd, daar ik mij naar mijn mening strikt had gehouden aan de procedure die in de folder “Informatie voor kandidaten selectie” was uiteengezet.
In bijlage 3 heb ik een kopie bijgevoegd uit deze folder en met een gele stift de passage gemarkeerd die de procedure hieromtrent kort uiteenzet.
De Politieacademie wil dus niets met mijn klacht doen, dus rest mij voor dit moment niets anders dan mijn grieven kenbaar te maken aan u, de Nationale Ombudsman, met de hoop dat u er wat mee kan doen.
Hieronder zet ik graag uiteen wat mijn klachten zijn en daarna wat ik graag zou zien veranderen bij de Politie Academie naar aanleiding van mijn klachten, hopende dat u, de Nationale Ombudsman, er wat mee kan doen.
De reactie van J. van Zielst, gedateerd op 6 juni 2007, is naar mijn idee typerend voor een overheidsinstelling die zich geen zorgen hoeft te maken voor concurrentie en derhalve geen moeite hoeft te doen een serieus antwoord op bijvoorbeeld mijn klacht te geven; het grootste gedeelte van de brief gaat over de wijze waarop de rapportage wordt opgesteld en dat dit zo zorgvuldig mogelijk wordt gedaan.
Er wordt met geen woord gerept over het feit dan mensen wel eens fouten kunnen maken en dat dat consequenties zal hebben voor rapportages. Bovendien is het opstellen van een psychologisch rapport “mensenwerk”. Een psychologe kan ook wel eens een mindere dag hebben of zich bij het opstellen van de rapportage laten leiden door emoties.
Met andere woorden: J. van Zielst is niet geïnteresseerd in waarheid. Ik ben het niet eens met de rapportage, oftewel, het zou wel eens zo kunnen zijn dat de rapportage niet geheel juist is, maar daar is J. van Zielst niet in geïnteresseerd. In de brief is J. van Zielst zich aan het indekken door bijvoorbeeld te schrijven:
“….beoordelingen vanuit het verleden of meningen van derden hierin niet kunnen meegenomen.”
Of:
“Dit verandert niets aan de uitslag.”
J. van Zielst schrijft ook:
“Het komt soms voor dat betrokkene of anderen zich niet helemaal herkennen in de resultaten van het onderzoek.”
Hoe komt J. van Zielst aan deze informatie? Wordt hier alleen afgegaan op klachten die uit eigen initiatief van de geteste kandidaten worden ontvangen, of wordt er actief naar geïnformeerd? Is er duidelijkheid over de tevredenheid van de geteste kandidaten ten aanzien van de “Rapportage Psychologisch Onderzoek”? Zijn er cijfers bekend?
Aan het einde van een testdag wordt gevraagd een formulier in te vullen waarin de geteste personen hun mening kunnen geven over de gang van zaken op de testdag. De bedoeling zou zijn dat deze uitkomsten zouden worden gebruikt om tot verbeteringen te komen. Wil men echt tot verbeteringen komen dan adviseer ik een dergelijk formulier met de “Rapportage Psychologisch Onderzoek” mee te sturen, zodat hieromtrent een goed beeld kan worden verkregen. Ook als het excessen betreft, klimt niet iedere geteste kandidaat in de pen, omdat niet iedere kandidaat verstand heeft van psychologie en bovendien weet dat de kandidaat moet vechten tegen de subjectieve mening van een psycholoog en de strijd moet aangaan met een bureaucratische overheidsinstelling en/of geen zin heeft om er tijd in te stoppen.
Uit de gesprekken die ik met mensen heb gehad in de wachtruimte op het CCM die reeds bij de politie werkzaam waren, heb ik vernomen dat er meer mensen zijn die zich niet kunnen herkennen in de “Rapportage Psychologisch Onderzoek”. Het betrof hier geen incidenteel geval.
Ten aanzien van het schrijven van J. van Zielst wil ik graag onderstaande kwijt:
- Ik krijg geen volledig antwoord op de door mij 5 opgestelde bezwaren, die ik in het begin van mijn klacht heb opgenoemd.
- J. van Zielst stelt zich zeer rigide op als het om de uitslag van de “Rapportage Psychologisch Onderzoek” gaat. Geteste kandidaten mogen een klacht indienen, maar het blijkt uit deze brief dat ten aanzien van de rapportage hier niets mee wordt gedaan. Met andere woorden: J. van Zielst is niet geïnteresseerd in de juistheid van de rapportage. Als iemand niet open staat voor de juistheid van een rapportage en dus niets doet met de terugkoppeling die ik als getest persoon heb gegeven, hoe kan men dan verwachten dat men de juistheid van de rapportages op een zo hoog mogelijk niveau wil houden, als men niet open staat voor suggesties, veranderingen en/of verbeteringen?
- Het hilarische is dat ik onder anderen wordt afgekeurd op de competentie “Inlevingsvermogen”. Naar mijn mening heb ik juist een zeer hoog ontwikkeld empathisch vermogen. Alleen omdat dit zo hoog ontwikkeld is, heb ik geleerd mijzelf bijvoorbeeld wat betreft het tonen van medeleven over het algemeen in te houden, wat niet weg neemt dat van binnen het er nog wel degelijk is. Over het tonen van medeleven is het naar mijn idee wel mogelijk om hierover een subjectief waarde oordeel te geven, hoewel dit bij rollenspellen moeilijk blijft, omdat deze niet echt zijn en er derhalve dus discrepanties in het spel zitten. Wat er binnenin bij iemand aanwezig is wat inlevingsvermogen betreft, is niet te peilen door een buitenstaander, dus ook niet door een waarnemend psycholoog. Psychologen die beweren dit wel te kunnen vraag ik dan ook dit te laten zien bij het kaartspel poker. Dat hierbij reacties van de geteste kandidaat verkeerd worden begrepen, omdat totaal niet duidelijk is wat er binnenin de kandidaat omgaat, bevestigt alleen maar dat voor een grote meerderheid van de hedendaagse psychologen het niet duidelijk is wat gevoeligheid, empathie en inlevingsvermogen nu eigenlijk inhouden.
- Is er wel eens over nagedacht dat veruit de meeste mensen bij een psycholoog op een goudschaaltje leggen wat zij wel of niet zullen zeggen? Hierdoor gebeurt het dikwijls dat mensen “hun waarheid” niet bij de psycholoog kenbaar maken uit angst dat zij worden afgewezen. Deze angsthazen worden over het algemeen wel aangenomen. Zo kan het dan gebeuren dat een heel korps plotsklaps in het nieuws komt, omdat mensen niet voor hun mening durven uit te komen, laat staan te zeggen waar het op slaat, uit angst voor represailles.
Wat zou ik graag willen dat de Nationale ombudsman voor mij doet?
Het testen van kandidaten voor de politie is een zeer serieuze zaak. Uit mijn eigen ervaringen blijkt dat de uitslagen van deze tests, zoals weergegeven in de “Rapportage Psychologisch Onderzoek”, nogal wat te wensen overlaten. Het kan ook niet anders, daar het systeem niet optimaal is! Ik ben in 2002 ook al eens een keer getest en was toen ook al verbaasd over de uitslag.
- Ik zou graag zien dat het CCM daadwerkelijk iets met mijn klacht deed.
- Ik zou graag willen dat een onafhankelijk en deskundig persoon (of personen) een oordeel geeft over mijn competentie “Inlevingsvermogen”. Met de mening van deze deskundige wil ik graag bereiken dat de waarheid omtrent mijn inlevingsvermogen naar boven komt. Als dit niet mogelijk blijkt of zeer moeilijk is, omdat hier dan bijvoorbeeld uitgebreide tests voor nodig zijn, zou ik graag zien dat deze informatie wordt gebruikt door het CCM, om de kwaliteit van de rapportages te verhogen.
- Indien het niet mogelijk is de competentie “Inlevingsvermogen” te beoordelen, zou ik graag zien dat in de “Rapportage Psychologisch Onderzoek” alleen die competenties in de besluitvorming worden meegenomen die daadwerkelijk door een kundig iemand geobserveerd kunnen worden.
- Ik zou graag zien dat het CCM standaard een enquête formulier bijgevoegd bij de “Rapportage Psychologisch Onderzoek”, zodat kan worden beoordeeld in hoeverre de geteste kandidaat het eens is met de rapportage. De uitkomsten van deze enquêtes moeten openbaar zijn, zodat het functioneren van het CCM transparant is.
- Ik zou graag zien dat er meer dan één CCM in Nederland is, zodat de uitkomst van deze enquêtes kan worden gebruikt om het verschil in “presteren” tussen deze centra te meten. De eventuele verschillen in klanttevredenheid kunnen dan worden gebruikt als stimulans om het presteren van een afzonderlijk CCM te verbeteren.
Wat kan de Nationale ombudsman voor mij en onze samenleving doen?
Met vriendelijk groet,
René Mäkel
bijlagen:
bijlage 1 – klacht gericht aan het College van Bestuur van de Politieacademie
bijlage 2 – brief van Het College van Bestuur van de Politieacademie
bijlage 3 – kopie uit folder: Informatie voor kandidaten selectie