Brieven – 17 augustus 2009

Hieronder staan twee brieven van René Mäkel aan het NIP, 17 augustus 2009

Geachte mevrouw Pekelharing-de Planque,

U schrijven van 4 augustus 2009 eindigt u met de woorden:

“In de hoop u voldoende te hebben geïnformeerd over de procedure, wacht ik uw repliek, of uw mededeling dat u verder van de klachtbehandeling afziet, af.”

Ik probeerde al geruime tijd bij het NIP antwoorden te krijgen op mijn vragen, alvorens ik een besluit kon nemen over het vervolg van mijn klacht. Omdat ik van u, het College van Toezicht, niet eerder naar de juiste persoon ben doorverwezen, laat staan dat ik antwoorden op mijn vragen had gekregen, zijn mijn vragen tot op heden onbeantwoord gebleven en was het voor mij onmogelijk op een redelijke manier mijn klacht te vervolgen. Dit was dan ook voor mij reden om de procedure te beëindigen, zoals ik u heb geschreven in mijn brief van 1 juni 2009. Echter, in uw brief van 4 augustus 2009 verwijst u mij voor mijn eerder gestelde vragen impliciet door naar het NIP, maar u eindigt uw brief met het noemen van slechts twee door mij hierboven geciteerde opties, maar de optie om eerst mijn vragen door het NIP te laten beantwoorden, alvorens een besluit te maken over het vervolg van de klachtenprocedure, noemt u niet. Desalniettemin kies ik voor laatstgenoemde optie. Wat dat voor gevolgen heeft voor deze procedure, dat bepaalt u.

Overigens vind ik het zeer kinderachtig dat u mij niet eerder voor mijn vragen hebt doorverwezen naar de juiste persoon en er zelfs totaal niet op hebt gereageerd. U verschuilt zich hierbij dat het College van Toezicht een apart orgaan is, ingesteld door het NIP.

Omdat het NIP zichzelf blijkbaar door het plaatsen van muren in hokjes opdeelt en daardoor de juiste NIP kastjes voor een buitenstaander niet meer op een normale manier te bereiken zijn, wat zich heeft vertaald in dat u simpelweg niet eens op mijn gestelde vragen netjes heeft gereageerd, heb ik hieronder mijn vragen duidelijk uiteen gezet. Vanwege de gang van zaken tot nu toe, zijn hier wel vragen bijgekomen.

Vraag 1:

In de rapportage van het CCM staat:

“Het Centrum voor Competentiemeting en Monitoring (CCM) conformeert zich aan de beroepsethische gedragsregels van het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP).”

Betekent dit dat het CCM zegt dat zij zich “conformeert” aan, ik citeer uit uw brief van 4 augustus 2009: ”…aan de standaard die het NIP heeft ingesteld in de regels van de Beroepscode.”?

Vraag 2:

Als dit (zie vraag 1) wat anders betekent, wilt u mij dat dan uitleggen?

Vraag 3:

Ik zal het maar apart vragen:

Als het CCM beweert zich te conformeren “aan de beroepsethische gedragsregels van het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP)”, betekent dit dan ook dat de psychologe, die de rapportage heeft opgesteld, ten tijde van het opstellen van de rapportage, lid had moeten zijn van het NIP?

Vraag 4:

Welke waarde hecht het NIP aan de betreffende rapportage van het CCM?

Vraag 5:

Maakt het bij deze waardebepaling uit of de psychologe van het CCM, die verantwoordelijk is voor het opstellen van de rapportage, lid is van het NIP?

In uw brief van 4 augustus 2009 schrijft u:

“U hebt de rapportage van het CCM als stuk ingediend. Daarmee zit het in het klachtdossier.”

Vraag 6:

Waarom hoor ik nu pas voor het eerst dat u dit stuk in het klachtdossier zit?

Vraag 7:

Welke acties heeft u genomen of gaat u nemen n.a.v. deze klacht?

Geacht College van Toezicht van het NIP, wilt u A.U.B. de vragen die op u van toepassing zijn beantwoorden?

Ik heb deze brief ook gestuurd aan het NIP in de hoop dat zij mij de resterende vragen kunnen beantwoorden.

Hoogachtend,

René Mäkel

——————————————–

Arnhem, 17 augustus 2009

Geachte dame/heer, (aan NIP)

In de bijlage treft u een brief aan die ik heb gericht aan het College van Toezicht van het NIP, die ik gelijktijdig met deze brief op de post heb gedaan.

Enige tijd terug wilde ik een gecombineerde klacht indienen tegen twee psychologen, maar ik had hierbij de nodige vragen gesteld aan het College van Toezicht van het NIP. Op deze vragen heb ik tot op heden geen antwoord gekregen met het gevolg dat er bij mij meer vragen zijn ontstaan waar ik ook graag antwoord op zou willen krijgen.

In de bijlage vindt u de brief met vragen die ik heb gesteld aan het College van Toezicht van het NIP. Kunt u A.U.B. de vragen beantwoorden die op u betrekking hebben?

Indien vragen volgens u niet op u, noch op het College van Toezicht van toepassing zijn, wilt u dat mij dan schrijven en mij tevens schrijven bij wie ik moet zijn om deze vragen beantwoord te krijgen? Mocht dit het geval zijn, misschien kunt u dan zelfs pro actief te werk gaan, door er voor te zorgen dat de vragen bij de juiste persoon terecht komen.

Wilt u meer over de kwestie weten, dan verwijs ik u naar het College van Toezicht van het NIP. Zij hebben een compleet dossier en ik geef u dan ook middels deze weg toestemming om het dossier in te zien.

Met vriendelijke groet,

René Mäkel