Psychologische tests – deel 5 – slot

Tekst 02 a trim

Mijn avontuur bij het NIP was wat mij betreft voorbij. Net als zoveel andere instellingen en instituten waren ze gek op regels en procedures om zogenaamd de kwaliteit te kunnen waarborgen. Hoe kon het NIP kwaliteit en integriteit waarborgen, indien psychologen bij machte waren de door de kandidaat behaalde harde testuitslagen te veranderen aan de hand van de subjectieve meningen van psychologen, terwijl deze vorm van manipulatie niet in de rapportage was terug te vinden? Dit was pure waanzin en had niets met wetenschap en waarborging van kwaliteit te maken. Ik kan best begrijpen, dat de psychologen bepaalde karaktereigenschappen willen aanpassen aan de hand van assessments, maar dan moeten de door de kandidaat behaalde harde testresultaten wel in de rapportage worden vermeld. Wanneer metingen worden verricht, dan is het vermelden van de harde testresultaten altijd de basis van de te trekken conclusies. In mijn geval, waarbij bijvoorbeeld mijn inlevingsvermogen door een psychologe van het CCM/Politieacademie als onvoldoende werd beoordeeld, zou het voor haar zeer moeilijk zijn geweest mij op inlevingsvermogen af te keuren, wanneer mijn inlevingsvermogen volgens de persoonlijkheidstest juist een heel hoge score zouden laten zien.

Denkt u dat het CCM/Politieacademie pathologische leugenaars en psychopaten zou herkennen en eveneens een negatief advies zou geven? Als dit het geval zou zijn, dan zouden psychopaten en machtswellustelingen geen belangrijke posities in het systeem kunnen bemachtigen. Het tegendeel blijkt echter volgens mijn ervaringen waar. Dit geldt niet alleen voor de politie, maar ook voor justitie en de rechterlijke macht. Wellicht is het interessant dat u eens nadenkt op welke criteria bijvoorbeeld rechters worden geselecteerd…

Ik was heel benieuwd hoe het CCM/Politieacademie zou reageren op mijn bevinding, dat de psychologe geen lid was van het NIP ten tijde van het opmaken van de rapportage. Ik schreef de voorzitter van het College van Bestuur dan ook op 20 september 2009 een brief. De volledige brief kunt u hier lezen. Samengevat had ik in de brief geschreven, dat ik had geconstateerd dat de psychologe van het CCM/Politieacademie geen lid was van het NIP, terwijl dit wel het geval zou moeten zijn, omdat het CCM/Politieacademie zich immers conformeerde aan de regels van het NIP. Deze onregelmatigheid was destijds niet aangetroffen door de heer J. van Zielst. Mijn conclusie was, dat de huidige procedure relatief veel kontenlikkers zou opleveren en daarmee geen positieve verandering in het politieapparaat teweeg zou kunnen worden gebracht.

Daarop ontving ik onderstaande brief van de politieacademie:

Apeldoorn, 26 oktober 2009

Geachte heer Mäkel,

In 2007 heeft u bij het College van Bestuur uw ongenoegen geuit over het psychologisch onderzoek waaraan u deelnam in het kader van uw sollicitatie naar de functie van Recherchekundige. Op 18 december 2007 heeft het College van Bestuur u geïnformeerd over het onderzoek dat naar aanleiding van uw klacht is ingesteld en de uitkomsten hiervan. In uw brief van 20 september jl. dient u opnieuw een klacht in over het psychologisch onderzoek.

In uw brief van 20 september jl. geeft u aan dat u contact heeft gehad met het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP) met het verzoek om uw klacht in behandeling te nemen. Het NIP was hiertoe niet bereid omdat de betrokken psychologe geen lid van het NIP was.

Het kan inderdaad het geval zijn dat de desbetreffende psychologe geen lid was van het NIP. De psychologe was in dienst van een bureau dat de Politieacademie regelmatig inschakelt als het aanbod aan selecties te groot is om door vaste medewerkers afgehandeld te worden. De psychologen die tijdelijk worden ingehuurd, nemen onder verantwoordelijkheid van de Politieacademie de selecties af en zijn daartoe volledig voor bevoegd en geëquipeerd. Ondanks dat zij mogelijk geen lid zijn van het NIP, conformeren zij zich wel aan de beroepscode. De Politieacademie werkt en werkte wel altijd via de regels van de beroepsvereniging. Overigens heeft de Politieacademie in haar uitingen naar kandidaten nooit aangegeven dat alle psychologen lid van het NIP behoren te zijn. Wel wordt aangegeven dat de Politieacademie/het Centrum voor Competentiemeting en Monitoring (CCM) zich conformeert aan de beroepsethische gedragsregels van het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP). Ook worden de rechten van de kandidaten die een psychologisch onderzoek ondergaan, zoals het NIP die aangeeft, gerespecteerd.

Ik heb er begrip voor dat u teleurgesteld bent over de uitslag het psychologisch onderzoek en dat dit tot gevolg had u destijds niet in aanmerking kwam voor een plaats op de opleiding tot Recherchekundige. In de brief van 18 december 2007 heeft het College van Bestuur uitleg gegeven over het ingestelde onderzoek naar aanleiding van uw klacht. Op basis hiervan heeft het college uw klacht destijds niet gegrond verklaard. Ik heb wederom uw klacht en het dossier bestudeerd, maar uw brief van 20 september jl. maakt niet dat ik van mening verander. Ik neem uw klacht daarom verder niet opnieuw in behandeling.

Wel wil ik u erop wijzen dat u opnieuw kunt solliciteren indien u nog steeds interesse heeft in een functie bij de politie. Omdat mensen in de loop van de tijd veranderen, is het psychologisch rapport slechts twee jaar geldig. Mogelijk laat het psychologisch onderzoek inmiddels een ander beeld zien.

Het College van Bestuur,

n/d de voorzitter,

A.P.P.M. van Baal

Hoofdcommissaris van Politie

Op zich was het vreemd dat in bovenstaande brief werd beweerd dat de rechten van de kandidaat werden gerespecteerd, zoals die door het NIP werden aangegeven. Doordat de psychologe van het CCM/Politieacademie geen NIP lid was, werd mijn klachtbrief jegens haar niet in behandeling genomen door het NIP. Het CCM/Politieacademie was zelf de oorzaak van deze rechtsongelijkheid. Niet alleen vond ik de kwaliteit van de rapportage van het CCM/Politieacademie ver beneden peil, maar bleek deze rapportage ook nog eens wat betreft diverse uitslagen diametraal te staan tegenover de bevindingen van de psychologe van Luteijn Personeelsdiensten.

Bent u er nog…?

Vanaf mijn middelbare schooltijd heb ik geleerd dat je bij het concreet meten van iets meetresultaten of testresultaten krijgt. Deze resultaten zijn een vast gegeven en blijven onveranderd. Natuurlijk kunnen er afwijkingen en fouten in deze testresultaten zitten, maar aan de hand van deze testresultaten probeer je vervolgens conclusies te rekken. Tot zo ver ik in mijn leven heb begrepen, is het uit den boze de testresultaten te veranderen! Helaas zijn er in het verleden regelmatig zogenaamde wetenschappers van hun voetstuk gevallen, omdat na verloop van tijd bleek dat zij hun meetresultaten hadden gemanipuleerd om zo tot de gewenste conclusie van het onderzoek te kunnen komen. Het is zelfs regelmatig voorgekomen, dat zogenaamde wetenschappers hun meetresultaten compleet uit hun duim hadden gezogen! Wanneer het onderzoek eerlijk is, worden de gemeten waarden dan ook altijd in het onderzoeksrapport weergegeven. In het onderzoeksrapport wordt dan verder behandeld hoe men deze gemeten waarden heeft geïnterpreteerd en waarom. Blijkbaar gaat het bij het opstellen van psychologische rapporten er anders aan toe en is het mogen de psychologen de testresultaten naar eigen goeddunken aanpassen… oh nee… nuanceren… om tot het gewenste resultaat te komen.

Zowel bij het CCM als bij Luteijn had ik de “Big five” persoonlijkheidstest gemaakt, waardoor de testresultaten min of meer gelijk hadden moeten zijn. Op “gevoeligheid” of “inlevingsvermogen” bleek de psychologe van het CCM mijn hoge score uit de test compleet naar beneden te hebben gehaald, nota bene zonder daarbij vragen gesteld te hebben over mijn gevoeligheid of inlevingsvermogen, terwijl zij mij daar vervolgens wel op had afgewezen! Ik kan dat geen nuanceren meer noemen! Maar waarom had zij in mijn nadeel de testresultaten veranderd? Ik kan hier vier redenen voor bedenken:

  1. De psychologe had de pest aan mij en gunde mij die baan niet;
  2. De betrokken psychologen begrepen niet het verschil tussen het tonen van emoties en het hoog sensitief zijn en trokken daarom uit de assessments de verkeerde conclusies;
  3. De psychologen hebben bij het CCM/Politieacademie de opdracht kandidaten met bepaalde persoonlijkheidstestresultaten af te wijzen en juist andere ongeschikte kandidaten toe te laten;
  4. Ik ben op emotioneel gebied zeer beperkt ontwikkeld.

Hoewel naar mijn mening de drie eerste bovengenoemde redenen waar kunnen zijn en de vierde optie pure onzin is, denk ik dat de derde reden de werkelijke reden is. Ja… u leest het goed! Ik denk dat de psychologen bij het CCM/Politieacademie de instructie hebben kandidaten af te wijzen, die een maximale score halen op gevoeligheid en een minimale score op flexibiliteit. Ik zal hieronder uit proberen te leggen waarom.

De psychologe bij Luteijn liet mij zien dat ik een aantal extreme scores had behaald bij de persoonlijkheidstest. Deze extreme scores waren allemaal hoog, met uitzondering van mijn flexibiliteit; deze was zeer laag. Omdat zij een geringe flexibiliteit als negatief beschouwde, vroeg zij mij dan ook of ik mijzelf flexibel vond en gaf daarbij aan dat zij mij nog een kans gaf om mijzelf van mijn beste kant te laten zien. Hoe kon ik antwoord op haar vraag geven, wanneer zij mij niet uitlegde wat zij met flexibiliteit bedoelde? Ik kon er dus geen antwoord op geven en vroeg haar mij dus eerst uit te leggen wat zij daar onder verstond. Zij wilde mij dit niet uitleggen, waardoor er wederom frictie ontstond in het gesprek. Dit was volgens haar natuurlijk mijn schuld, omdat ik zo star en inflexibel reageerde. Tja… ik wilde nu eenmaal geen kameleon zijn en het was toch de bedoeling dat ik getest zou worden op wie ik was en niet wie ik allemaal kon spelen door verschillende maskers op te zetten? Laat ik het daarom eens aan u vragen. Hoe flexibel beschouwt u uzelf? Ik zal toch wat specifieker zijn. Hoe flexibel bent u als u ziet dat er een willekeurig iemand in uw omgeving onrecht wordt aangedaan? Misschien ziet u niet eens wanneer er iemand onrecht wordt aangedaan, omdat u hiervoor de gevoeligheid mist. Het kan natuurlijk ook zijn, dat onrecht u helemaal niet interesseert, zolang het u maar niet overkomt. Maar als u het wel ziet, heeft u dan het lef om te staan voor rechtvaardigheid of zwicht u voor de druk en toont u hiermee uw flexibiliteit? Een beetje flexibiliteit heeft immers zijn voordelen en bespaart u een hoop ellende.

Wanneer u ziet dat er een willekeurig iemand onrecht wordt aangedaan, dan brengt het risico’s met zich mee om dit onrecht aan de kaak te stellen. Op diverse manieren zou u ook vervolgens slachtoffer kunnen worden. Is het dan ook niet handiger om wat flexibiliteit te tonen door gewoon even de andere kant op te kijken? Zo zal er in ons grote politieapparaat weinig personeel aanwezig zijn dat wantoestanden aan de kaak stelt, want dat is immers slecht voor je positie of carrière. Het kan je je baan kosten of je wordt zelfs door collega’s bedreigd. Het personeel dat dit in het verleden wel deed heeft geleerd “flexibel” te zijn of werkt er niet meer. De natuurlijke selectie doet hier snel zijn werk. Gaat u mij niet vertellen, dat bij de politie alleen maar nette mensen werken, want helaas… als u het mij vraagt, blijkt uit mijn ervaringen het tegendeel eerder het geval. Vooral naarmate de functies hoger worden.

Nu wil het toeval, dat ik door mijn hoge gevoeligheid snel onrecht waarneem en door mijn starre houding niet zo maar een oogje dicht zal knijpen. Ik had dit op de lagere school al en had daarbij het voordeel dat ik fysiek sterk was voor mijn leeftijd. Wanneer je volwassen bent en een plek moet zien te vinden in de maatschappij, spreken de geschreven en de ongeschreven wetten elkaar grotendeels tegen en hebben veruit de meeste mensen wel geleerd meer of minder flexibel te zijn en bijvoorbeeld geen “onhandige uitspraken” te doen. Hoe sterk is dan iemand om de druk van de maatschappij en/of omgeving te doorstaan en zich te ontwikkelen zoals hij of zij werkelijk van binnen is? Ik probeer mijzelf te uiten volgens wie ik werkelijk van binnen ben en dat geeft gegarandeerd problemen in deze idiote maatschappij. Dat deze maatschappij idioot is en door idioten wordt geregeerd, daar zijn de meeste mensen het tegenwoordig wel over eens. Maar ja, wat doe je er aan? Om te overleven moet je flexibel zijn en de autoriteiten of een zogenaamde autoriteit gehoorzamen, want het individu staat immers machteloos.

De missie van de politie luidt:

“Onveranderd is de politie ‘’waakzaam en dienstbaar’’ aan de waarden van de rechtsstaat. Deze missie vervult de politie door afhankelijk van de situatie gevraagd en ongevraagd te beschermen, te begrenzen of te bekrachtigen.’

De hierboven genoemde rechtsstaat is niet ten dienste van het volk, maar ten dienste van de aristocratie, die zich heimelijk onder het volk heeft gemengd en steevast de belangrijke posities in het systeem inneemt en controleert. De topposities bij de politie zijn hier geen uitzondering op. Heeft u wel eens goed naar de logo’s van de politie gekeken? Ik geef u hieronder als voorbeeld het logo dat op politiegebouwen is te zien. Dit logo kunt u vergelijken met de kroning van Koningin Elizabeth in 1953.

Er zitten meerdere symbolische boodschappen in het logo van de politie. Deze gaat u pas zien als u weet waar u op moet letten. Het logo van de politie is een deel van een piramide, een machtspiramide wel te verstaan. Wat zal uw plek zijn op deze machtspiramide? Ik weet wel wat de plek is van Koningin Elizabeth, want die staat twee treden hoger in de machtspiramide boven de politie…

Politie logo 02       Coronation queen Elizabeth 03

Oh ja…

In de ridderzaal heeft de zetel van onze koning vier treden.