Wie ben ik? – deel 2

Wie ben ik? Op deze vraag kan ik helaas geen antwoord geven. Wanneer iemand wordt gevraagd wie hij of zij is, dan vereenzelvigt dit individu zich doorgaans met zijn naam en zijn functie in de maatschappij waarin hij leeft. De drijvende kracht “onze” westerse maatschappij noem ik het systeem. Ik weet inmiddels dat ik niet mijn naam ben. Tevens ontleen ik mijn identiteit niet aan mijn functie in het systeem. Voor het gemak geef ik u hierbij mijn naam, zoals mijn ouders mij hebben genoemd: René Mäkel.

Na mijn geboorte hadden mijn ouders mij aangemeld bij de burgerlijke stand, waar mijn naam in hoofdletters in het bevolkingsregister werd vastgelegd. Mijn naam geschreven in hoofdletters staat voor een door de overheid gecreëerde juridische entiteit. Deze fictieve (dus verzonnen) entiteit was aangemaakt buiten medeweten van mijn ouders. De betekenis van deze fictieve entiteit is, dat de overheid op mijn naam als het ware een bedrijf had aangemaakt. Volgens de in Nederland bij de bevolking opgelegde wetten dient een bedrijf of onderneming een rechtsvorm te kiezen, waaronder het bedrijf wordt geregistreerd bij de Kamer van Koophandel en de belastingdienst. Afhankelijk van de gekozen rechtsvorm heeft het bedrijf bepaalde rechten, plichten en misschien wel privileges. Voorbeelden van deze rechtsvormen zijn een BV (Besloten Vennootschap) of een NV (Naamloze Vennootschap). Deze rechtsvormen zijn fictief; ze kunnen niet worden vastgepakt en bestaan derhalve enkel op papier in een systeem, dat eveneens fictief is (het is dus allemaal verzonnen).

De rechtsvorm, die bij mijn in hoofdletters geschreven naam hoort, is: “natuurlijk persoon”. In Wikipedia stond op 18 april 2017 bij “natuurlijk persoon” als eerste zin geschreven:

Een natuurlijk persoon is een mens die drager van rechten en verplichtingen kan zijn.

Hoe kan een mens drager van rechten en verplichtingen zijn? Wie heeft dat voor een mens, en dus voor mij bepaald? Simpel gezegd heb ik evenals u nooit om het huidige systeem gevraagd. Het huidige systeem is mij vanaf mijn geboorte opgelegd en is mij middels indoctrinatie en propaganda met de paplepel ingegoten. Hierbij was mij wijs gemaakt dat ik in een vrij land leefde en dat iedereen middels democratie inspraak had. Inmiddels weet ik wel beter. We leven niet in een vrij land en de mensen zijn allerminst vrij. De mensen hebben nagenoeg geen inspraak om hun leven vorm en richting te geven. De mensen in Nederland en alle andere zogenaamd beschaafde westerse landen worden geleefd door het zielloze en meedogenloze systeem, dat met de dag machtiger wordt ten koste van de mensen.

Het antwoord op de vraag “Wie ben ik?”, dient naar mijn mening dan ook vanuit de drijvende kracht te worden bekeken, die verantwoordelijk is voor hoe de maatschappij in het betreffende land, provincie of gemeente eruit ziet. In plaats van het te hebben over een land, provincie of gemeente, zou het wellicht beter zijn het begrip grondgebied te gebruiken. Dat ik in het land Nederland leef in een bepaalde provincie in een bepaalde gemeente heb ik immers ook nooit bedacht. Tevens heb ik nooit mijn toe- of instemming gegeven om deze afgebakende gebieden te creëren.

Het systeem is de drijvende kracht, dat het leven van de westerse mens bepaalt. Dit systeem omvat in Nederland de “Trias Politica”: de wetgevende-, de uitvoerende- en de rechterlijke macht. Simpel gezegd is dit het gehele overheidsapparaat met alle wet- en regelgeving. Ik ben als “natuurlijk persoon” verplicht mij aan het opgelegde systeem te conformeren. Doordat ik middels mijn ouders door hun aangifte van mij bij de burgerlijke stand hiertoe ben verplicht en dus nooit mijn toe- of instemming had verleend, was ik een slaaf van het systeem geworden. In de praktijk betekent dit, dat vanaf mijn geboorte mijn recht op een stuk grond was ontnomen, ik per direct mededrager was van de staatsschuld en ik mij diende te conformeren aan de grondwet.

Een betere definitie in plaats van slaaf is wellicht “loonslaaf”. Ik moet net als ieder ander in Nederland aan geld zien te komen om in mijn levensbehoeften te kunnen voorzien. De mogelijkheden om in mijn eigen basisbehoeften te kunnen voorzien, waren mij vanaf mijn geboorte door het systeem ontnomen. De basisbehoefte van ieder mens is minimaal een stuk grond om op te leven. In een lokale gemeenschap kan men dan met behulp van deze grond in de eigen basisbehoeften voorzien: eten, drinken, onderdak en leven in harmonie met jezelf en de mensen om je heen.

Wanneer sprake zou zijn van een werkelijk vrij grondgebied, dan zouden deze  basisbehoeften altijd voor de mensen op dat stuk grondgebied beschikbaar moeten zijn, doordat de mensen op het betreffende grondgebied er belang bij hebben zelf deze basisbehoeften in stand houden. Dit is in het land Nederland geenszins het geval. In plaats daarvan hebben de mensen de zogenaamde “verzorgingsstaat” opgelegd gekregen. Concreet betekent dit, dat in Nederland (enkele) mensen macht over andere mensen hebben. Deze machthebbers hebben blijkbaar de macht de beschikbare grond aan mensen toe te wijzen of van mensen te ontnemen (reeds bij de geboorte of bij in beslagname). Enerzijds zouden deze machthebbers van de mensen hun basisbehoeften kunnen afnemen, terwijl anderzijds deze machthebbers anderen of zichzelf meer kunnen toewijzen, dan zij voor hun basisbehoeften nodig hebben. In plaats van dat de mensen vanaf hun geboorte recht hebben op een stuk grond, is de mensen dit recht ontnomen en hebben zij daarvoor in de plaats de GRONDwet opgelegd gekregen. De grondwet is dan ook de basis van de rechtsongelijkheid in Nederland en derhalve een misdaad tegen de mensheid.

Niet alleen is mij vanaf mijn geboorte mijn recht ontnomen op een stuk grond om op te kunnen leven, maar was ik tevens een onderpand geworden voor de staatsschuld van de Staat der Nederlanden, ook een juridische entiteit en derhalve een verzinsel. Ik werd dit onderpand op het moment dat ik door toedoen van mijn ouders werd geregistreerd bij de burgerlijke stand en daarmee heimelijk de juridische entiteit “natuurlijk persoon” op mijn naam werd gecreëerd. Deze juridische entiteit is mijn naam geschreven in hoofdletters. Om deze reden staat mijn naam geschreven in hoofdletters op mijn paspoort, op mijn rijbewijs, bij mijn bankrekening, bij de belastingdienst en als een rechter een vonnis over mij uitspreekt.

Bij deze juridische entiteit hoort natuurlijk een nummer, net zoals een bij de belastingdienst geregistreerd bedrijf een nummer heeft. Dit nummer heet tegenwoordig het Burgerservicenummer (BSN). Tot enkele jaren geleden werd dit nummer nog het “Sociaal Fiscaal Nummer” (SoFi nummer) genoemd. Deze benaming zou de oplettende mensen erop kunnen attenderen, dat zij er geen voordeel bij hebben om dit nummer een leven lang bij zich te dragen. De machthebbers, die het systeem vormgeven en gebruiken om de mensen te misleiden en uit te buiten, gebruiken daarbij mooie taal, misleidende begrippen en nette kleding. Vroeger was er in Nederland een Ministerie van oorlog. Tegenwoordig heeft Nederland een Ministerie van Defensie…

Op terug te komen op de vraag wie ik ben, kan deze vraag dus vanuit meerdere gezichtspunten worden bekeken. Vanuit het gezichtspunt van het systeem waarin we leven ben ik een loonslaaf. Hierbij is mijn Burgerservicenummer het nummer dat behoort tot mijn leven als slaaf. Als slaaf werd ik vanaf jonge leeftijd door educatie klaargestoomd om als volwassene een functie te kunnen vervullen in het systeem dat enkel de agenda van de machthebbers dient. Educatie is dus niets anders dan het opleggen van indoctrinatie, propaganda en conditionering, waarbij mij door het systeem met opzet een onjuist wereldbeeld werd geprobeerd op te leggen. Mensen die goed te conditioneren waren, waren (en zijn nog altijd) zogenaamd intelligent. Deze intelligente mensen doen het goed op school en slikken daarbij de indoctrinatie en propaganda voor zoete koek. Het zijn vaak de zogenaamde intellectuelen. Het zijn deze mensen, die met goed betaalde functies het huidige systeem in stand houden. Zij zullen dit blijven doen, omdat zij hun verworven positie in het hiërarchische systeem ten allen tijde zullen verdedigen. Deze zogenaamd geslaagde mensen zijn echter loonslaven, net als dat ik een loonslaaf ben.

Wie heeft er baat bij het huidige zielloze en onmenselijke systeem, dat gebaseerd is op leugens en daarbij mens en natuur uitbuit en vernietigt? Dat de natuur te lijden heeft onder het huidige systeem, is voor de meeste mensen wel duidelijk. Dat het systeem hoofdzakelijk gebaseerd is op leugens, is voor de meeste mensen nog moeilijk te bevatten. Om de mensen te helpen de leugens te laten doorzien, ben ik deze website begonnen. De leugenaars en bedriegers die het systeem hebben ontworpen om de mensen te onderdrukken en uit te buiten zijn de werkelijke machthebbers in de westerse maatschappij. Deze machthebbers hebben zich onder het volk gemengd, zodat ze niet makkelijk zijn te herkennen. Het systeem met bijbehorende wetten en regels is niet bedoeld om alle mensen gelijke rechten te geven, maar is juist bedoeld om rechtsongelijkheid te creëren en te veroorzaken, opdat de machthebbers het onwetende volk door verdeel en heers politiek kunnen controleren. We hoeven enkel om ons heen te kijken om te zien dat deze machthebbers goed in hun plan zijn geslaagd.

Deze huidige machthebbers zijn mensen uit dezelfde families, die in het verleden ten tijde van de diverse feodale stelsels de mensen uit het volk onderdrukten, uitbuitten en tegen elkaar opzetten. Deze koninklijke, adellijke of aristocratische families leefden in hun kastelen, paleizen en landhuizen door het hele land, of beter gezegd: over de gehele wereld. Deze aristocraten leefden op het grondgebied dat zij in beheer of eigendom hadden. Het volk had hierdoor geen onvoorwaardelijke beschikking over grond om op te leven en leefde op het grondgebied dat deze adellijke families zich hadden toegeëigend. Wilde de mensen uit het volk kunnen overleven en/of kunnen bestaan, dan dienden zij hun diensten beschikbaar te stellen aan deze adellijke families.

Bij het goed op gang komen van de industriële revolutie in de negentiende eeuw, diende een groot deel van het volk in de fabrieken te gaan werken om in hun bestaan te kunnen voorzien. Deze fabrieken waren opgericht en eigendom van de adellijke families, die de industriële revolutie zijn begonnen en die richting op gestuurd hebben, waarbij zij het volk zo afhankelijk mogelijk van het systeem hebben gemaakt. Dat is goed gelukt, want de moderne westerse mens moet nagenoeg alles in winkels kopen, waar de producten te koop worden aangeboden door bedrijven, die voornamelijk in handen zijn van de aristocratie. Technologische ontwikkelingen hebben het mogelijk gemaakt, dat de aristocratie vooral in de tweede helft van de negentiende eeuw hun kastelen verliet en zich daardoor onzichtbaar onder het volk ging mengen. Deze aristocratische families beheersen het fiat geldsysteem, de rechterlijke macht, de politieke arena, vrijwel alle grote bedrijven en niet te vergeten nagenoeg alle bekende stichtingen en goede doelen. Tevens zorgt de aristocratie ervoor dat de mensen uit hun eigen gelederen op de belangrijke posities in de maatschappij terecht komen, zodat hun verborgen agenda kan worden voortgezet.