Brief – 22 juni 2007

Brief van René Mäkel aan CCM/Politieacademie

Arnhem, 22 juni 2007

Geacht College van bestuur van de Politieacademie,

In 2006 heb ik een sollicitatieformulier ingevuld en opgestuurd met betrekking tot de functie “Master recherchekundige” bij de politie. Eind 2006 en begin 2007 ben ik bij het CCM getest. Naar aanleiding van de tests die zijn uitgevoerd op deze twee testdagen, is er door een psychologe een “Rapportage Psychologisch Onderzoek” opgemaakt, die ik eind februari 2007 thuis heb mogen ontvangen. In bijlage 1 heb ik de uitslag van de “Rapportage Psychologisch Onderzoek” opgenomen.

Omdat ik het met deze rapportage niet eens was, heb ik begin april 2007 schriftelijk een klacht opgesteld en deze op 19 april 2007 per post opgestuurd naar de Politieacademie. Mijn klacht was in behandeling genomen door B. Bollebakker van de afdeling selectie. In bijlage 2 heb ik mijn klacht bijgevoegd.

Op 12 juni 2007 heb ik per post een reactie op mijn klacht ontvangen. Deze is gedateerd op 6 juni 2007 en is ondertekend door J. van Zielst, Wnd. directeur CCM.

In bijlage 3 heb ik de brief van J. van Zielst bijgevoegd.

De reactie van J. van Zielst is naar mijn idee typerend voor een overheidsinstelling die zich geen zorgen hoeft te maken voor concurrentie en derhalve geen moeite hoeft te doen een serieus antwoord op mijn klacht te geven; het grootste gedeelte van de brief gaat over de wijze waarop de rapportage wordt opgesteld en dat dit zo zorgvuldig mogelijk wordt gedaan. Er wordt met geen woord gerept over de mogelijkheid dat het CCM wel eens een fout gemaakt zou kunnen hebben, terwijl dit zo menselijk is. Werken er misschien bij het CCM geen mensen?

Omdat J. van Zielst in het schrijven niet open staat voor kritiek, is J. van Zielst naar mijn inzicht ook niet geïnteresseerd in waarheid. Dit betekent dat ik de indruk heb dat bij het CCM de rapportages niet op een professionele manier tot stand kunnen komen, omdat er naar mijn idee niets wordt gedaan met bijvoorbeeld mijn klacht en ik dus hieruit concludeer dat er te weinig wordt geanticipeerd op de veranderingen in de maatschappij. De mensen worden immers steeds mondiger!

Bovendien biedt J. Van Zielst aan een nagesprek te hebben met de betreffende psycholoog. Dit klinkt leuk, maar is naar mijn mening volslagen belachelijk. Moet ik nog meer vrije tijd steken in een overheidsinstantie die niet open staat voor kritiek, te beroerd is op papier een serieuze reactie te geven en uiterst star is met betrekking tot de uitslag van het psychologisch onderzoek? Naar datgene wat ik heb opgeschreven mag het toch duidelijk zijn dat ik geen vertrouwen heb in het CCM, laat staan in de integriteit van betreffende psychologe? Bovendien wil ik openheid van zaken. Het getuigt bij J. van Zielst niet van enig inlevingsvermogen door met dit voorstel naar voren te komen.

Geacht College van bestuur van de Politieacademie, bent u geïnteresseerd in waarheid? Oftewel: Kunt u zorg dragen voor een gedegen schriftelijke reactie op mijn klacht?

Hoogachtend,

René Mäkel