REACTIE VAN MEVROUW THEA KALTEREN
Een uitgebreide verslaglegging van de tuchtrechtelijke procedure tegen mevrouw Kalteren is reeds beschreven in de reeks van zes artikelen “Het tweede (!) arbeidsconflict”. Hieronder kunt u een samenvatting van deze tuchtrechtelijke procedure lezen, waarbij tevens beperkt nieuwe informatie wordt gegeven.
Mevrouw Thea Kalteren had een door haar ingeschakelde advocaat laten reageren op mijn brief met manuscript, dat ik haar begin februari 2016 per aangetekende post had opgestuurd. De betreffende advocaat was de heer Pascal Willems van WVO Advocaten te Loenen (Gld.) De aan mij en door de heer Pascal Willems ondertekende brief was gedateerd op 8 maart 2016. Hieronder staat het belangrijkste deel uit de brief:
Uit uw brief leid ik af dat u cliënte de gelegenheid wilt geven om te reageren op uw manuscript. Na overleg met cliënte bericht ik u dat cliënte geen behoefte heeft om inhoudelijk op uw manuscript te reageren, aangezien dit een weergave bevat van uw persoonlijke, subjectieve, ervaringen tijdens uw dienstverband met uw voormalige werkgever.
Cliënte maakt echter wel bezwaar tegen het feit dat u haar in uw manuscript met naam en toenaam hebt opgenomen, zonder dat zij daarvoor nadrukkelijke toestemming heeft verleend. Cliënte is van mening dat u geen enkel belang hebt bij het benoemen van haar naam en toenaam in uw manuscript, terwijl cliënte haar naam niet wenst te verbinden aan uw persoonlijke, subjectieve belevenissen bij uw werkgever. Bovendien is cliënte niet betrokken geweest bij vrijwel alle gebeurtenissen die u hebt beschreven. De passages waarin u uw ervaringen met cliënte beschrijft worden door cliënte niet (h)erkend en gelden dan ook als uw persoonlijke ervaringen. Cliënte wenst daar niet in te treden maar merkt wel op dat zij uw ervaringen niet als zodanig (h)erkent.
Namens cliënte verzoek ik u -en zover nodig sommer ik u daartoe- om mij binnen 14 dagen na dagtekening van deze brief te bevestigen dat u de naam van cliënte en alle verwijzigingen naar haar zal verwijderen en verwijderd zal houden uit het manuscript en haar slechts zal aanduiden met de naam “Bedrijfsarts K”. Cliënte meent dat u op die manier nog steeds uw eigen verhaal kunt doen, zonder dat daarmee de belangen en de eer en goede naam van cliënte worden geschaad.
Samengevat maakte de heer Pascal Willems bezwaar, dat ik mijn subjectieve versie van belevenissen naar buiten zou brengen en daarbij zonder toestemming de naam van mevrouw Kalteren zou noemen. Verder sommeerde hij mij om binnen 14 dagen te bevestigen, dat ik de naam van mevrouw Kalteren zou verwijderen uit het manuscript, omdat anders de eer en goede naam van mevrouw Kalteren zou worden geschaad.
Ik zou niet weten waarom ik toestemming aan mevrouw Kalteren had moeten vragen om mijn belevenissen te publiceren waarbij ik haar naam zou noemen. Zij had immers een zeer korte maar prominente rol gespeel in mijn avontuur met Nucletron/Elekta. Nucletron/Elekta had mij immers opzettelijk ziek, overspannen en weerloos gemaakt, terwijl volgens de wet een bedrijfsarts de functie had (en heeft) een werknemer te beschermen. Wanneer in mijn geval Nucletron/Elekta een eerlijke en integere bedrijfsarts had ingehuurd, dan zou deze bedrijfsarts erop hebben toegezien, dat Nucletron/Elekta voor mijn herstel had betaald én wegens een verstoorde arbeidsrelatie na mijn herstel zorg had moeten dragen voor outplacement. De kosten van een dergelijk traject zouden aanzienlijk zijn geweest.
Dat Nucletron/Elekta toch durfde wet- en regelgeving aan zijn laars te lappen en misdrijven jegens mij te begaan, had te maken dat personeelszaken kon vertrouwen op de medewerking van mevrouw Kalteren en mijn plicht tot geheimhouding. U leest het goed: mevrouw Kalteren is corrupt! Ik durf dit te schrijven, omdat de bewijzen er niet om liegen. Dat mijn versie van mijn avonturen volgens de heer Pascal Willems dus subjectief zouden zijn is niet waar en op essentiële punten kan (en zal) ik dit bewijzen. Mevrouw Kalteren had zich jegens mij durven misdragen, waarbij zij diverse regels aan haar laars had gelapt, omdat zij blijkbaar uit ervaring wist dat zij er mee weg zou komen. Ik acht het dan ook niet onmogelijk, dat mevrouw Kalteren in haar functie als bedrijfsarts meer slachtoffers heeft gemaakt.
Nadat mevrouw Kalteren mij een oor had aangenaaid, had zij achteraf gezien de verkeerde te pakken gehad. Nu ik middels deze reeks artikelen het corrupte gedrag van mevrouw Kalteren in de openbaarheid breng, wil zij dat natuurlijk niet. Het mag duidelijk zijn, dat zij gedragingen te verbergen heeft, die het daglicht niet kunnen verdragen. Haar zogenaamde eer en goede naam zijn niets anders dan leugens, omdat deze zijn gebaseerd op het geheim houden van haar duistere praktijken. Haar advocaat achtte zichzelf blijkbaar in de positie om mij te sommeren de naam van mevrouw Kalteren anoniem te houden. Wie denkt de heer Pascal Willems wel niet wie hij is om mensen te sommeren? De heer Pascal Willems is net als iedere andere advocaat gewoon een huurling in een mooi pak. Helaas zijn de meeste huurlingen bereid voor (veel) geld te vechten, ongeacht of het doel gerechtvaardigd is of niet.
SAMENVATTING TUCHTRECHTELIJKE PROCEDURE
Aan de hand van onderstaande verslaglegging kunt u zelf de feiten lezen en de conclusie trekken dat niet alleen mevrouw Kalteren corrupt is, maar dat tevens het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg een corrupte club is. U leest het wederom goed! Ik weet helaas waarover ik het heb, omdat ik voor vier verschillende artsen (twee bedrijfsartsen en twee UWV verzekeringsartsen) afzonderlijk een procedure was gestart bij het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle. Twee procedures zijn reeds voltooid en twee procedures ben ik in 2017 gestart en zijn in december 2017 nog lopende. Het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg moet u de illusie geven, dat deskundig en integer toezicht is op de gezondheidszorg. Niets is wat het lijkt in de matrix! De praktijk is, dat het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg door de aristocratie in het leven is geroepen om het systeem in stand te houden, waarbij u door de aristocratie gecontroleerde media de illusie wordt gegeven dat het Tuchtcollege deskundig en integer is.
Bij het indienen van een klacht aangaande een BIG geregistreerde zorgverlener, is men niet verplicht om een advocaat in te schakelen. Ook dient geen griffierecht te worden betaald. Hierdoor is het betrekkelijk eenvoudig om een klacht in de dienen bij het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. Of een klacht door het Tuchtcollege in behandeling wordt genomen en vervolgens klachtwaardig wordt bevonden of niet, dat is een ander verhaal. In mijn geval werden al mijn klaagschriften aangaande de vier artsen door het Tuchtcollege in behandeling genomen.
Het spreekuurbezoek op 7 augustus 2012 bij mevrouw Kalteren duurde volgens mijn versie maximaal drie minuten. Het was voor mij snel duidelijk dat mevrouw Kalteren verre van integer was en dat ik door haar een oor zou worden aangenaaid. Achteraf bleek dit ook het geval te zijn. Begin oktober 2015 was ik een procedure tegen haar begonnen bij het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle. Destijds was ik nog niet van mijn burnout hersteld en bovendien was ik ook niet geheel op de hoogte van de richtlijnen waaraan bedrijfsartsen zich dienden te houden in geval van een arbeidsconflict. Zo was in 2015 onder meer de STECR Werkwijzer Arbeidsconflicten versie 5, die ten tijde van het spreekuurbezoek door mevrouw Kalteren toegepast diende te worden, helaas niet meer te verkrijgen. Anders gezegd, was het alleen mogelijk een goed onderbouwde klacht in te dienen, indien men zelf een bedrijfsarts zou zijn of zich door een kundige en eerlijke bedrijfsarts zou laten inlichten. Ook de gemiddelde advocaat gespecialiseerd in arbeidsrecht was geen bedrijfsarts. Dit illustreert de macht van het systeem, waarbij specialisten op een bepaald gebied zich dikwijls niet aan de regels houden, omdat zij weten dat de cliënten (benadeelden) toch niet weten wat de voorgeschreven regels zijn en derhalve ook niet weten hoe zij hun recht moeten zien te halen.
Daarbij komt nog het probleem van het leveren van de bewijslast. In Nederland dient de eisende partij zorg te dragen voor de bewijslast. In het geval van een misdrijf kan de politie in samenwerking met het Openbaar Ministerie de bewijslast afdwingen. Personen en andere juridische entiteiten hebben deze mogelijkheid niet tot hun beschikking, zodat voor de eisende partij het leveren van de bewijslast vaak een probleem is. BIG geregistreerde zorgverleners zijn echter verplicht volgens de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) een medisch dossier van de patiënt aan te maken en dit dossier 15 jaar te bewaren. Daarbij dient de zorgverlener aan de patiënt inzage in het dossier te geven, indien de patiënt hierom vraagt. Op deze manier zou de patiënt toch de bewijslast rond kunnen krijgen, mits de zorgverlener niet met het dossier knoeit. In mijn geval had mevrouw Kalteren haar medisch dossier vervalst, zodat het voor mij moeilijk zou zijn om de bewijslast tegen mevrouw Kalteren rond te krijgen! U leest het goed! Dit kan allemaal in Nederland…
Mijn klaagschrift had ik begin oktober 2015 naar het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle gestuurd. Ruim een week later ontving ik de ontvangstbevestiging en weer ruim een week later ontving ik een brief van het Tuchtcollege, dat mijn klaagschrift in het kader van het vooronderzoek was doorgestuurd naar mevrouw Kalteren.
Op 6 november had mevrouw Kalteren mijn voicemail ingesproken. Hieronder staan enkele essentiële zaken, die zij had ingesproken:
{…}
Ik bied aan dat ik zeker nog een keer met u om de tafel wil als u dat zou willen, dat ik u misschien nog wat uit kan leggen over werkwijze, STECR, positie bedrijfsarts, rol bedrijfsarts, maar dat moet u willen.
{…}
Dit is nooit mijn bedoeling geweest. En… ik had… nou misschien jammer euh… dat u niet toen gelijk even opnieuw bij mij terug gekomen bent om:
”Hó, hé eh… ben het hier niet mee eens of kunnen we een gesprek hebben of euh… eerwat”. Dan was er misschien euh… voor uw kant euh… meer duidelijkheid geweest en misschien dat een aanvulling euh… dat u dingen had kunnen aanvullen wat u misschien, zeg van “hé, hoe of wat?”
{…}
Samengevat had mevrouw Kalteren mij aangeboden nog een keer een gesprek te hebben, waarbij zij mij wilde uitleggen over de werkwijze, STECR, positie bedrijfsarts en de rol van de bedrijfsarts. Voorts gaf zij aan dat het nooit haar bedoeling was geweest en dat zij het jammer vond, dat ik niet bij haar terug gekomen was om te zeggen dat ik het niet met haar eens was.
Bovenstaand voicemail bericht is zeer informatief over hoe het spreekuurbezoek was verlopen. Indien mevrouw Kalteren mij gedurende het spreekuur had ingelicht over de rol en positie van de bedrijfsarts bij een arbeidsconflict en welke procedures zij daarbij diende te volgen, dan hoefde zij dit toch niet als mosterd na de maaltijd uit te leggen? Dat ik als zieke en overspannen werknemer in het heetst van de strijd niet over deze kennis beschikte bekrachtigde immers destijds haar machtspositie. Indien ik wel had geweten wat de rol van de bedrijfsarts bij een arbeidsconflict was en welke procedures zij daarbij had moeten volgen, dan had ik meteen geweten hoe ik haar kon aanpakken indien zij zich niet aan de regels zou houden! Het was dus zaak voor mevrouw Kalteren (en personeelszaken) mij zoveel mogelijk in het ongewisse te houden over de te volgen procedures en mijn rechten.
Verder had mevrouw Kalteren aangegeven, dat het nooit haar bedoeling was geweest en dat zij het jammer vond, dat ik niet bij haar terug gekomen was om te zeggen dat ik het niet met haar eens was. Bij het verder lezen, zal het u duidelijk worden, dat mevrouw Kalteren op geen enkele wijze de STECR Werkwijzer Arbeidsconflicten had gevolgd! De reden is eenvoudig: er was sprake van opzet! Een van de activiteiten, die mevrouw Kalteren had moeten uitvoeren volgens STECR, was een evaluatie maken hoe het arbeidsconflict uiteindelijk was opgelost. Het mag duidelijk zijn, dat mevrouw Kalteren deze evaluatie nooit had gemaakt én dat zij juist contact met mij had moeten opnemen in plaats van dat ik dat had moeten doen.
VERWEERSCHRIFT
Half november ontving ik het verweerschrift van mevrouw Kalteren. Het verweerschrift was door mevrouw Kalteren ondertekend. Waarschijnlijk had zij het zelf geschreven. Natuurlijk ontkende mevrouw Kalteren al mijn beschuldigingen jegens haar. Zij had in haar verweerschrift twee bijlagen gevoegd. Bijlage 1 was de opdracht aan mevrouw Kalteren, die was geschreven door Tineke Schaap van De Verzuimoplosser te Veenendaal. Bijlage 2 was een afdruk van de medische kaart. Na het ontvangen van het verweerschrift van mevrouw Kalteren had ik dus de beschikking over de spreekuurrapportage, de opdracht aan mevrouw Kalteren en de medische kaart. Het betrof nier natuurlijk afdrukken van digitale bestanden. Hieronder zijn de essentiële punten uit het opdrachtformulier, de spreekuurrapportage en de medische kaart voor u uiteengezet:
Opdrachtformulier aan mevrouw Kalteren:
- Werknemer heeft zich op 25 juli 2012 ziek gemeld naar aanleiding van een arbeidsconflict tussen werknemer en leidinggevende.
- Werkgever heeft deze ziekmelding niet geaccepteerd en werknemer uitgenodigd voor een gesprek op 20 juli 2012, rekening houdend met enige time out dagen.
- Werknemer weigert dit gesprek i.v.m. aanwezigheid leidinggevende.
- Werknemer wordt opnieuw uitgenodigd voor een gesprek met directeur en werknemer van personeelszaken, dat op 31 juli heeft plaatsgevonden.
- Besproken is dat huidige functie onherstelbaar beschadigd is en dat geen andere functie beschikbaar is bij de werkgever.
- Er wordt een beëindigingsvoorstel besproken waarvoor werknemer bedenktijd krijgt.
- Werkgever geeft aan dat volgens de richtlijn STECR de 2 weken bedenktijd/time-out aanstaande woensdag voorbij is en dat verlenging van deze periode niet bespreekbaar is.
- Graag beoordeling of het verzuim ten gevolge is van ziekte en/of gebrek.
- Mocht dit verzuim niet ten gevolge van ziekte en/of gebrek zijn, dan werknemer graag wijzen op de wettelijke verplichtingen in het kader van de richtlijn STECR.
In bovenstaande door Tineke Schaap (De Verzuimoplosser te Veenendaal) opgestelde opdracht aan mevrouw Kalteren staan overigens diverse fouten aangaande de te volgen procedures. In de uitgebreide reeks artikelen “Het tweede (!) arbeidsconflict” kunt u hier meer over lezen.
Spreekuurrapportage door mevrouw Kalteren.
- Conclusie: Hij heeft zich ziek gemeld na toegenomen spanning op het werk waar hij mentaal last van had.
- De werksituatie levert hem veel stress en spanning op. Er is al wel over gesproken, maar tot heden is er geen adequate voor alle partijen bevredigende oplossing gekomen.
- Reïntegratiedoel: werkhervatting.
- Benutbare mogelijkheden: Ik acht hem niet arbeidsongeschikt door ziekte. Hij kan werk doen, maar er zal wel met werkgever tot een adequate oplossing gekomen moeten worden.
- Beperking: Hij heeft reactieve emoties veroorzaakt door de werksituatie.
- Arbeidsgerelateerd: Ja.
- Aanvullende info: STECR Werkwijzer is toegepast.
Medische kaart (rapportage) door mevrouw Kalteren:
- Betrokkene heeft sinds jan 2011 een nieuwe manager.
- Deze zou volgens betrokkene hem het werken onmogelijk maken. Betrokkene geeft aan dat hij vervolgens een slechte beoordeling heeft gekregen.
- Er worden tijdens het gesprek geen lichamelijke klachten aangegeven.
- Conclusie: Reactief spanningsbeeld gerelateerd aan de situatie op het werk. [onmacht!] Het vertrouwen lijkt verstoord.
- Betrokkene maakt geen gespannen indruk, maar is wel “geraakt” als hij over gerichte onderdelen van de werksituatie spreekt.
- Diagnose: geen ziekte in engere zin / verstoorde arbeidsrelatie.
- Beperkingen: geen beperkingen die resulteren in enige mate van arbeidsongeschiktheid.
- De STECR Werkwijzer getoetst. Advies: Dit zal tussen hem en de werkgever verder opgelost moeten worden.
De volledige teksten van bovengenoemde documenten uit het door mevrouw Kalteren opgemaakte dossier kunt u hier vinden. Dit dossier bestaat uit het opdrachtformulier aan mevrouw Kalteren, de spreekuurrapportage, de medische kaart en de volgens mevrouw Kalteren tijdens het spreekuur gemaakte aantekeningen. Bepaalde gegevens zijn weggelaten, zoals personalia.
REPLIEK
De meeste informatie op de medische kaart over mijn werksituatie had mevrouw Kalteren niet tijdens het spreekuurbezoek van mij vernomen. Dit kon ook niet, daar volgens mijn versie het spreekuurbezoek maximaal drie minuten had geduurd. Zij had deze informatie gehaald uit de bijlagen van mijn klaagschrift, waarin ik medische rapportages van een UWV verzekeringsarts had gevoegd. De door mevrouw Kalteren gegeven informatie gaf nagenoeg geen inzicht over de kenmerken van het arbeidsconflict, terwijl volgens STECR juist uitgebreid onderzoek naar deze kenmerken diende te worden gedaan, teneinde een goede beoordeling te kunnen maken. In ieder geval waren diverse tegenstrijdigheden te vinden, wanneer de drie documenten uit het medisch dossier met elkaar werden vergeleken.
Volgens de opdracht aan mevrouw Kalteren was niet alleen mijn huidige functie onherstelbaar beschadigd, maar was tevens geconstateerd, dat geen andere functie voor mij beschikbaar was! Bovendien liet de opdracht duidelijk zien, dat Nucletron/Elekta zich als een uitermate slecht werkgever jegens mij misdroeg, door mijn ziekmelding niet te accepteren (mocht niet volgens de wet). Vervolgens had Nucletron/Elekta mij “uitgenodigd” voor een “gesprek”, waarin mij werd “aangeboden” middels een vaststellingsovereenkomst mijn arbeidsovereenkomst te beëindigen. Alleen deze opdracht aan mevrouw Kalteren zou voor haar genoeg informatie bevatten om te constateren, dat Nucletron/Elekta zich ernstig jegens mij misdroeg en dat dit reden genoeg was om mij niet terug aan het werk te sturen! Volgens de wet werd dit “situatieve arbeidsongeschiktheid” genoemd. Daarentegen had mevrouw Kalteren geconstateerd dat enkel sprake was van een recent ontstane verstoorde arbeidsrelatie (zij had het over een “reactief spanningsbeeld”) dat opgelost diende te worden. Het resultaat was, dat ik onbeschermd werd teruggestuurd naar mijn werkgever, zodat deze door kon gaan met het plan om middels afdreiging mij zover te krijgen dat ik uit wilsgebrek voor een luttel bedrag de vaststellingsovereenkomst zou accepteren. Ik wist dat personeelszaken hierop uit was en dit werd zelfs in de opdracht aan mevrouw Kalteren bevestigd!
In mijn repliek (mijn reactie op het verweerschrift van mevrouw Kalteren) had ik tevens de email wisseling met Erik Lubberman van personeelszaken gevoegd. Uit deze email wisseling bleek duidelijk, dat Erik Lubberman van personeelszaken mij weer aan het werk had gestuurd en niets had ondernomen om het arbeidsconflict op te lossen, nadat ik weer terug aan het werk was gestuurd door mevrouw Kalteren. Natuurlijk wilde Erik Lubberman maar één “oplossing”, dat ik de vaststellingsovereenkomst zou ondertekenen. Uit de email wisseling bleek dit ook, daar personeelszaken als enige “oplossing” mij een vaststellingsovereenkomst had aangeboden. Tevens werd in deze email wisseling bevestigd, dat ik vrije dagen had opgenomen om een advocaat te kunnen raadplegen. Helaas had deze advocaat mij verkeerd geadviseerd, zodat ik enkele dagen later niets anders kon dan de vaststellingsovereenkomst ondertekenen om mijzelf uit mijn vreselijke situatie te bevrijden.
Half januari 2016 ontving ik via het Tuchtcollege het dupliek (reactie op mijn repliek) van mevrouw Kalteren. Mevrouw Kalteren bleef in alle toonaarden ontkennen.
Half januari 2016 had ik tevens bij mijn huisarts mijn medisch dossier opgevraagd. Ik was benieuwd wat de plaatsvervangende huisarts destijds in het medisch dossier had geschreven naar aanleiding van mijn bezoek op 30 juli 2012, één dag voordat ik na mijn ziekmelding het “gesprek” zou hebben met personeelszaken. Hoewel het niet zo netjes was opgeschreven, waren onderstaande punten door de huisarts vastgelegd:
- Ik had problemen op het werk met directe chef.
- Het speelde al meer dan een jaar.
- Ik had aangegeven dat er iets bij mij was geknakt en ik niet meer verder kon werken met die man.
- Ik had mij ziek gemeld.
- Ik vertel het verhaal rustig, maar spanningen zijn bij mij merkbaar aan lippen en wangen.
Van de bovengenoemde punten zijn de belangrijkste drie, dat het arbeidsconflict langer duurde dan een jaar, dat ik niet meer verder kon met die man en dat spanningen bij mij merkbaar waren. Daarentegen beweerde mevrouw Kalteren bij mij te hebben geconstateerd, dat het arbeidsconflict net opspeelde (zij had het over een “reactief spanningsbeeld”) en ik geen gespannen indruk maakte.
Begin maart 2016 ontving ik een brief van de heer Pascal Willems van WVO Advocaten te Loenen, die door mevrouw Kalteren bleek te zijn ingeschakeld. Over de boodschap van de brief van de heer Pascal Willems heb ik reeds eerder geschreven; de heer Pascal Willems gaf aan de belangen te behartigen van mevrouw Kalteren en sommeerde mij de naam van mevrouw Kalteren in mijn manuscript onherkenbaar te maken.
EERSTE ZITTING
Begin april 2016 ontving ik een brief van het Tuchtcollege waarin stond dat de terechtzitting zou plaatsvinden op vrijdag 13 mei 2016 in het gerechtsgebouw te Zwolle. Half april 2016 had ik nog een nieuw processtuk ingediend, waarin ik het één en ander had toegelicht en mijn klachten beter had geformuleerd. Het dossier (één bladzijde) van mijn huisarts had ik in de bijlage van dit nieuwe processtuk geplaatst. Eind april ontving ik nog een brief van de heer Pascal Willems via het Tuchtcollege. Het bleek dat de advocaat van mevrouw Kalteren mijn manuscript en begeleidende brief had ingediend als aanvullende productie voor de terechtzitting.
De tuchtrechtelijke procedure was voor mij een hele ontdekkingstocht. Niet alleen leerde ik zaken over de tuchtrechtelijke procedure, maar werd mij steeds duidelijker, dat mevrouw Kalteren heel veel activiteiten had nagelaten uit te voeren volgens de STECR Werkwijzer Arbeidsconflicten versie 5 en ook niets had gedaan volgens de richtlijn LESA (Landelijke Eerstelijns Samenwerkings Afspraak) voor overspanning en burnout.
Tijdens de zitting vielen bij mij twee mensen uit het college op:
Mr. W.J.B. Cornelissen, voorzitter en rechter van beroep en Prof. mr. dr. J.C.J. Dute, lid-jurist en van beroep hoogleraar Gezondheidsrecht.
Voor de zitting had ik een pleitnota gemaakt, waarin ik wederom mijn klachten opnieuw had geformuleerd. De heer Cornelissen stond mij niet toe deze pleitnota uit te delen en voor te dragen. Ook mocht ik niet mijn opnieuw geformuleerde klachten voorlezen. De heer Dute dacht daar anders over en vroeg de voorzitter de zitting te schorsen om te kunnen overleggen. De heer Cornelissen wilde hier echter niets van weten. Wel mocht ik enkele belangrijke punten uit mijn pleitnota aandragen. Gezien de omstandigheden was dit niet eenvoudig voor mij. De advocaat van mevrouw Kalteren werd ook niet toegestaan om zijn pleitnota voor te lezen.
Tijdens de zitting nam de heer Dute uitgebreid het woord om beide partijen vragen te stellen. Het was voor mij op een gegeven duidelijk dat hij de situatie had begrepen en dat bij hem waarheidsvinding voorop stond. Het werd mij ook toegestaan een vraag te stellen, zodat ik het college erop kon attenderen, dat ik het vreemd vond, dat volgens de opdracht aan mevrouw Kalteren mijn huidige functie onherstelbaar was beschadigd, terwijl mevrouw Kalteren vond dat ik terug aan het werk diende te gaan en met mijn werkgever zou moeten overleggen om tot een oplossing te komen. De heer Cornelissen vond dit een interessante constatering en vroeg mevrouw Kalteren hierover opheldering te geven. Mevrouw Kalteren liet haar hoofd naar voren vallen en begon te stamelen en stotteren in een poging antwoord te geven. Na enkele zinnen had zij zichzelf hervonden en benadrukte enkel dat zij zich had gehouden aan de procedure, dat haar niets te verwijten viel en dat zij naar eer en geweten had gehandeld. Het interessante is, dat inhoudelijk niets over mijn opmerking en antwoord van mevrouw Kalteren in het proces verbaal is terug te vinden! Dit is niets anders dan het plegen van censuur met het doel waarheidsvinding te onderdrukken… gepleegd door het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle! Het blijkt dat het Tuchtcollege er een handje van heeft om essentiële informatie weg te laten en het daardoor mogelijk maakt een verkeerd beeld van de situatie te schetsen met het doel de beslissing (vonnis) een bepaalde kant op te sturen, die niets met de waarheid van doen heeft. Inderdaad… u leest het voor de zoveelste keer goed! Hierover leest u later meer, wanneer de beslissing wordt behandeld. Overigens was het proces verbaal door het Regionaal Tuchtcollege te Zwolle aan mij opgestuurd, omdat ik tegen de beslissing van het Tuchtcollege in beroep was gegaan.
In plaats van dat de beslissing (vonnis) bijna twee maanden later zou worden uitgesproken, ontving ik ruim een week na de terechtzitting een brief van het Tuchtcollege. In deze brief werd mij geattendeerd op de bijlage. Deze bijlage was een kopie van een brief aan de advocaat van mevrouw Kalteren. De belangrijkste passage uit deze brief was:
{…}
Na sluiting van het onderzoek ter zitting heeft het college besloten dat het een aanvullend stuk wil opvragen.
Daarom ziet de voorzitter redenen om, middels artikel 13 van het Reglement van de Regionale Tuchtcolleges, het vooronderzoek te heropenen en bedoeld stuk op te vragen.
Het college wenst zo mogelijk in bezit te komen van de (eventueel) door uw cliënte gemaakte originele aantekeningen van het spreekuurcontact van 7 augustus 2012 met klager (bijlage 2 van het verweerschrift).
Na het overleggen van het gevraagde stuk zal klager in de gelegenheid worden gesteld op dit stuk schriftelijk te reageren.
Daarna zal de voorzitter een beslissing nemen omtrent het verdere verloop van de procedure, waaronder zo nodig een wijziging van de uitspraakdatum.
{…}
Begin juni ontving ik via het secretariaat van het Tuchtcollege de aantekeningen (digitale uitdraai) van mevrouw Kalteren en een uitdraai van haar agenda op de dag van mijn bezoek. Met de uitdraai van de agenda liet mevrouw Kalteren zien, dat ik de laatste afspraak was die dag, zodat er genoeg tijd voor het spreekuur zou zijn. De door mevrouw gemaakte aantekeningen zijn hieronder volledig weergegeven:
persoonlijk aantekening makel geb 26-10-70
su 7-12-2012
aanvang 1645
rustige man loopt vlot mee uit wachtkamer.. komt relaxed over
problemen op werk .. gedoe over verandering van beleid?!
geeft zijn versie van het geheel veel voorbeelden
verteld rustig en chronologisch hem tijd gegeven het mij uit te leggen
komt niet met andere medische klachten geen andere problematiek geen reden voor 4 dkl
geen behandeling..
werk situatie houdt hem bezig/beheerst hem kan het niet los laten
Uitleg verschil tussen ziekte en reactief beeld op situatie
spanning is normaal
dit valt onder verstoorde werk situatie
mijn voorbeeld gebruikt om dit hem duidelijk te maken
uitgelegd dat hij met wg moet oplossen. Evt hulp med.
hij snapt het
persoonlijk: bijzonder dat hij zo rustig is en blijft dus puur werk medisch geen klachten
waarneembaar alleen aangeslagen door onrecht zoals hij dat voelt
nemen in goede sfeer afscheid van elkaar
eindtijd 1710
Het viel mij op dat de datum niet klopte, maar dat vond ik niet erg. Het was mij duidelijk dat mevrouw Kalteren geen speciale software gebruikte om haar dossier en spreekuurbezoeken te organiseren. Er vielen mij verschillende zaken op. Ten eerste waren deze aantekeningen zeer summier vergeleken met wat op de medische kaart was geschreven. Op de medische kaart stond veel meer informatie, dan dat in de aantekeningen was terug te vinden. Ten tweede waren de essentiële kenmerken van het arbeidsconflict niet behandeld. Hieruit volgt het derde punt, dat uit de aantekeningen niet kon worden gehaald of het om een langdurig arbeidsconflict ging of om een incident. Het vierde punt is, dat volgens mevrouw Kalteren het conflict ging over een incident, daar zij het had over een “reactief beeld op situatie”, zodat geen sprake was van een langdurig arbeidsconflict. Het vijfde punt was, dat zij beweerde dit aan mij te hebben uitgelegd (“Uitleg verschil tussen ziekte en reactief beeld op situatie”) en dat ik dit snapte! Gelooft u nou echt deze onzin? Hoe haalde zij het in haar hoofd te beweren mij dit te hebben uitgelegd, terwijl uit de aantekeningen niet eens valt te halen wat de essentiële kenmerken zijn van het arbeidsconflict? Als klap op de vuurpijl zou ik dan ook hebben aangegeven, dat ik het snapte?
Ik was in een langdurig arbeidsconflict verzeild geraakt. Ik was ziek, overspannen en helemaal op. Mijn werkgever was er enkel op uit geweest mijn arbeidsovereenkomst te beëindigen en had daartoe mij meer dan een jaar getreiterd met het doel mij kapot en weerloos te maken. Ik had een flink dossier opgebouwd om deze misdragingen te kunnen bewijzen, indien dat ooit nodig zou zijn. Ik zou dan volgens mevrouw Kalteren gezegd hebben dat ik haar uitleg snapte? Gelooft u deze onzin? Wat een leugenachtig mens is mevrouw Kalteren! Deze aantekeningen waren dan ook door mevrouw Kalteren verzonnen in een poging om haar vege lijf te redden. Door dit te doen, had zij ook nog eens valsheid in geschrifte gepleegd, dat volgens de wet een misdrijf is!
Ik maakte van de gelegenheid gretig gebruik, om te reageren op de aantekeningen van mevrouw Kalteren. Hierdoor kon ik mijn klachten zeer goed onderbouwen. Dit was mij heel goed gelukt, omdat ik het uiteindelijk toch voor elkaar had gekregen de STECR Werkwijzer Arbeidsconflicten Versie 5 in mijn bezit te krijgen. Het bleek dat mevrouw Kalteren op vele punten in gebreke was gebleven ten aanzien van het toepassen van STECR. Hierover later meer. Ook had ik beoordelingen van Nucletron/Elekta aangaande mijn functioneren in de bijlagen gevoegd, waarmee ik kon aantonen dat het getreiter en pesterijen meer dan één jaar had geduurd. Van de gelegenheid had ik ook gebruik gemaakt om mijn klachten opnieuw te formuleren. Indien dit niet zou zijn toegestaan, dan zou ik dit wel horen. Al met al bestond mijn reactie uit 18 bladzijden, exclusief bijlagen.